Contactimprovisatie leren door erin les te geven
Ilja in de Siwa woestijn. Fotograaf: Mohamed Rabea
WERKPLEZIER & DIDACTIEK | In Egypte, waar contactimprovisatie nog bijna niet bekend is, leerde dansdocent Ilja Geelen er juist alles over. Niet door hierin lessen te volgen, maar door ze te geven: juist door de stof over te dragen ging ze die zelf beter begrijpen. In dit artikel deelt ze waarom ze zich bij deze groep zo veilig voelde om zich kwetsbaar op te stellen.
Lesgeven in Egypte
Bijna twee jaar geleden vond ik een home away from home in Caïro, de hoofdstad van Egypte. Ik zou in die stad in residentie gaan voor het festival Contemporary Dance Nights, maar had besloten al wat eerder die kant op te gaan. Ik wilde alvast de omgeving verkennen en wennen aan de drukte. Dat ik daar tijd nodig voor zou hebben, wist ik omdat ik een half jaar daarvoor al twee weken in Caïro was geweest. Ik was toen via een open call geselecteerd voor een programma voor een aantal Europese choreografen. In een razend tempo werd ik toen rondgeleid door alle dansstudio’s, theaters, culturele instellingen en meetings met zo ongeveer alle Egyptische dansers en choreografen die er enigszins toe doen. Waren we niet op bezoek of in een meeting, dan zaten we samen vast in de chaos die ze daar ‘verkeer’ noemen: toeterende auto’s, minibusjes zonder deur of koplampen, paarden met karren, roekeloos overstekende voetgangers en hele gezinnen samen op één scooter.
In die brei van indrukken herinnerde ik me van de meeste bezoeken en ontmoetingen maar weinig. Eén van de plekken die me wel scherp was bijgebleven was dansstudio Danssabeel. Deze plek bood een oase van rust in deze hectische periode. Dus voordat ik in residentie ging bij Contemporary Dance Nights, aan de andere kant van de stad, legde ik alvast contact met de eigenaresse van Danssabeel om een workshop te geven in ruil voor een paar nachtjes onderdak in het pand.
Danssabeel is een Arabische woordspeling die zoiets betekent als ‘danspad’ of ‘weg van de dans’, maar ook verwijst naar een oase of waterbron. De dansstudio wordt door eigenaresse Dalia el Abd grappend “de vissenkom” genoemd, omdat die zoveel mensen met het sterrenbeeld vissen lijkt aan te trekken. In het begin was ik een beetje huiverig dat het me te zweverig zou worden. De ruimte was nogal zen-achtig ingericht, er brandde wierook en in de keukenkastjes was geen enkel bewerkt product te vinden - en geen koffie! Maar ik volgde er wat lessen en al snel ontdekte ik: dit is niet alleen een plek om tot rust te komen, maar ook om ontzettend veel plezier te hebben en al je emoties de vrije loop te laten! Of dat nou is door meditatie, de lucht in elkaar meppen, of als een dier in het rond springen. Die veiligheid werd aangemoedigd door de docenten, maar zat ook voor een groot deel in hoe de leerlingen in de les stonden - zoals ze later ook mijn les instapten: open, eerlijk, in het hier en nu, kwetsbaar en zelfstandig. En geitenwollensokken Dalia bleek enkele verhitte politieke discussies later gelukkig ook een ontzettend felle, energieke en licht dominante kant te hebben.
Ik woonde een paar nachten in deze vissenkom, in een kamertje grenzend aan de dansstudio. ‘s Ochtends werd ik wakker van de muziek en het stemgeluid van de balletlessen van Salvatore Cataldo, een altijd glimlachende charismatische Italiaanse balletdanser die de beste knuffels ooit geeft en het hoofd van alle mannen én vrouwen in de Egyptische dans- en theaterwereld op hol brengt. En die de allerbeste technieklessen geeft, juist omdat hij zelf altijd de ‘slechtste’ leerling was. Dát herkende ik meteen. Ik had onlangs een duet gemaakt in Marokko, terwijl ik partnering meestal spannend en moeilijk vond. Mijn danspartner had echter nog minder ervaring dan ik, en door hem te leren wat ik wél wist en kon, verdiepte ik mijn technische begrip enorm!
Aangemoedigd door de veilige omgeving die Danssabeel bood, besloot ik er na mijn residentie terug te komen om een lessenreeks contactimprovisatie te geven - iets wat ik tot voor kort nooit voor mogelijk had gehouden. Ik deed het toch, denk ik, omdat ik voelde: hier mag ik experimenteren. Maar ook: hier word ik echt gezien en mag ik vanuit mijn kwetsbaarheid lesgeven. Dus werd ik net als Salvatore een hele goede docent in een bewegingsvorm waar ik tot niet al te lang geleden zelf helemaal niet zo sterk in was.
Contactimprovisatie
Had je mij een jaar of vijf geleden verteld dat ik ooit een hele lessenreeks contactimprovisatie zou geven, dan had ik je nooit geloofd. Laat staan dat ik in een dansstudio bekend zou staan als dé docent contactimprovisatie.
Op de dansacademie vond ik partnering altijd al een beetje ongemakkelijk. Maar vaak kregen we dan meteen een choreografie aangeleerd, waardoor ik kon anticiperen op de bewegingen en een gevoel van controle behield. En wanneer we met fysiek contact improviseerden in duo’s of groepen, dan was dat vaak maar kort en met mensen die ik goed kende. Ik zag dat fysieke contact dus als iets wat je pas aangaat na lange tijd te hebben samengewerkt. En dan nog had ik er weleens moeite mee. Ik kan me nog goed herinneren hoe ik op een matje lag en een medestudent mijn armen en benen moest optillen en een beetje moest wiebelen en masseren. Iedereen vond het een heerlijke oefening, maar ik kon er moeilijk inkomen. Mijn buddy was al tien minuten kwijt aan alleen het doen ontspannen van mijn arm, zodat zij die kon bewegen in plaats van dat ik dat stiekem zelf deed.
Toen ik na de dansacademie als danser per ongeluk in een workshop terechtkwam waarin contactimprovisatie met vreemden centraal stond, stonden de tranen me in de ogen. Ik was volledig overweldigd. Niet alleen omdat ik de andere dansers niet kende, maar de opzet van de les was veel experimenteler en intensiever dan de gekaderde opdrachtjes die ik gewend was. In plaats van eventjes te spelen met een paar duidelijke drukpunten, raakten we soms voor langere tijd volledig in elkaar verstrengeld. Dat was me veel te intiem en ik had het idee in het rond te worden geslingerd en de controle kwijt te zijn.
Ik denk dat juist ik daarom nu lessen contactimprovisatie kan geven die door mijn leerlingen als fijn en veilig worden ervaren. Want ik ben me bewust van de drempels waar leerlingen van alle niveaus tegenaan kunnen lopen. En ik heb uit eigen ervaring, na mijn afstuderen, geleerd hoe ik contactimprovisatie op een veilige manier kan aanbieden...
Het keerpunt begon voor mij toen de docent van diezelfde workshop, Jeremy Auberge, me apart nam toen hij zag dat ik langs de kant stond te struggelen met mijn emoties. Hij legde me in alle rust het belang uit van het voelen van mijn eigen voeten op de vloer. Hij verschoof mijn focus. In plaats van me te verliezen in de momenten samen, waarin ik mijn gewicht en daarmee een stukje van de controle aan de ander geef, bracht hij mijn aandacht naar de momenten tussendoor. Al is het maar een stapje of een overgang, één ademhaling op eigen voeten voordat ik weer samensmelt met de ander. Ineens ging ik zien hoeveel ik wél onder controle had en begreep ik dat alles waar ik in contactimprovisatie tegenaan liep samenhing met mijn algemene aandachtspunten en valkuilen rondom grounding, ademhaling en release!
Vervolgens ontwikkelde ik me vooral door middel van zelfstudie verder als danser - een paar jaar ná mijn dansopleiding dus. Ik bracht uren improviserend en onderzoekend door in de studio, of soms op mijn dakterras in Marokko, of in een park in Frankrijk of Spanje. En uitgerekend dat oefenen in mijn eentje maakte me beter in het samen dansen met anderen én het overdragen van de beginselen van contactimprovisatie. Dat klinkt tegenstrijdig, maar het is eigenlijk heel logisch: om de ander goed te kunnen aanvoelen moet je zélf stevig in je schoenen staan. Je moet grounded zijn, ruimte en ontspanning kunnen maken in je lichaam, en je gewicht goed kunnen shiften en opvangen. Maar vooral: je moet vanuit sensaties in plaats van vorm kunnen dansen. Toen ik meer vertrouwen kreeg in het vermogen van mijn eigen lichaam om mij op te vangen, durfde ik veel meer op anderen te vertrouwen en risico’s te nemen tijdens het samen dansen.
Mentaal welzijn
Vandaar dat ik in mijn lessen contactimprovisatie mijn leerlingen soms een tijd alleen laat werken. Om daarna met meer lichaamsbewustzijn, rust en gevoeligheid het contact met anderen aan te gaan. Deze benadering past goed bij mijn volwassen leerlingen in Caïro, die over het algemeen veel bezig zijn met het ontdekken van zichzelf in relatie tot de ander. Zij komen niet zozeer naar mijn lessen om een betere danser te worden, maar om beter in hun vel te zitten en authentiek contact te maken met anderen. Dat zie ik terug in de openheid waarmee ze in mijn les staan. Ze vinden het spannend - dat zeker! - maar de gevoelens en grenzen die daarbij komen kijken benoemen ze openlijk en ze lopen niet weg van oefeningen die ze lastig vinden. Ze hebben een rijke woordenschat als het gaat over hun emoties en zijn zichtbaar op zoek naar hoe deze in hun lichaam worden opgeslagen. Ze begrijpen dat blokkades in het lichaam voortkomen uit stress of onzekerheid.
Wat ik dus zie in mijn lessen is een steeds groter wordende groep twintigers en dertigers die enorm aan hun mentale welzijn aan het werken is en die op zoek is naar bezieling en verbinding. Ze hebben veel zorgen. De inflatie in het land is bijna 30% en sommige basisvoorzieningen, zoals het openbaar vervoer, zijn bijna verdubbeld in prijs. In hun buurland (Gaza) is een genocide gaande (ze kennen er bijna allemaal wel iemand), op de vrijheid van meningsuiting valt behoorlijk wat aan te merken, en (seksueel) grensoverschrijdend gedrag komt zowel thuis als op straat enorm veel voor.
Velen van deze generatie zoeken naar het onderscheid tussen religie en traditie, geloven en regels volgen. En… Ze kunnen ontzettend in het hier en nu zijn! Spiritualiteit en community zijn kernbegrippen voor ze en ze willen hun emoties (leren) uitdrukken. Dat geldt voor mensen van alle genders - officieel in dat land alleen man en vrouw, maar in safe spaces kunnen ze de nuances opzoeken in hun eigen expressie van mannelijke en vrouwelijke kwaliteiten (en alles daartussenin). Ik hoop dat mijn lessen ook als safe space worden gezien waar mijn leerlingen zich vrij voelen om te experimenteren en kwetsbaar te zijn - zoals ik me dankzij hun houding bij hen ook veilig voel om dat te doen!
Hier en nu
Wat mij dus opvalt aan mijn leerlingen is dat ze vaak binnenkomen met een duidelijke intentie om zichzelf beter te leren kennen, iets nieuws te proberen, of authentiek contact aan te gaan met anderen. Sommige van hen hebben al danservaring in andere stijlen, of hebben lessen gevolgd in yoga en meditatie. Anderen doen aan theater of hebben helemaal geen achtergrond in beweging of podiumkunsten. Het valt me ook op dat juist de acteurs, die technisch minder sterk in hun lichaam zitten, de stof heel goed tot zich nemen. Zij zijn nog minder gevormd door technische regels en verwachtingen van hoe dans eruit zou moeten zien en vooral heel goed in ‘in het hier en nu’ zijn, want dat staat in hun theaterimprovisatie-lessen centraal! Dit blijkt in contactimprovisatie eigenlijk véél belangrijker dan een goede techniek.
De eigenaresse, Dalia, loopt juist vaak het snelste stuk in de les. Zij heeft hoge ambities in de vorm waar ze naartoe wil. In haar hoofd heeft ze lifts, draaien en andere mooie plaatjes. Maar in contact met een ander kan ze die niet zomaar afdwingen! De mooiste momenten ontstaan wanneer ze ‘zonder ambities’ danst. Oftewel, wanneer ze nieuwsgierig is naar wat er in het moment met haar partner ontstaat in plaats van bezig zijn met ergens heen willen bewegen.
Er zijn ook dingen die alle leerlingen, ongeacht hun niveau of achtergrond, gemeen hebben met elkaar. Zo zijn ze allemaal geneigd hun bekken op slot te zetten door hun billen en bovenbeenspieren te veel aan te spannen. Daardoor verliezen ze makkelijk hun balans wanneer iemand hen een impuls geeft. Zoals een duwtje tegen de schouder, of het geven van lichaamsgewicht door tegen elkaar aan te leunen. In dat laatste geval staan ze meestal wel stevig, maar vanuit spierkracht in hun bovenbenen en niet vanuit écht grounded zijn (knieën, heupen en enkels van het slot). Hierdoor worden ze snel moe en krijgen ze spierpijn.
Zo was er een wat zwaardere man van eind twintig die na de eerste les bijna niet meer kon lopen van de spierpijn. Hij interpreteerde dit als ‘Ik ben niet fit genoeg’, maar ik zag iets anders: deze onzekere man was zo bang om te zwaar te zijn voor zijn partner dat die zijn lichaamsgewicht koste wat kost zelf wilde blijven dragen. Daardoor zette hij zichzelf vast in plaats van de vloer en het lichaam van zijn partner te gebruiken om zijn gewicht te verdelen. Die spanning concentreerde zich in zijn heupen, met als gevolg verkrampte bovenbeenspieren.
Maar ik zag ook een vederlichte professionele Spaanse ballerina van net 21 jaar bij wie het net zo goed ontbrak aan grounding en doorstroom van de bewegingen. Zij was zo gewend om vanuit haar centrum haar loodlijn in controle te houden, dat het ook voor haar moeilijk was om echt gewicht te geven en in het momentum van de impulsen van haar partner mee te gaan. Iets wat ik maar al te goed herkende uit mijn eigen balletjaren!
Lesplannen
Inmiddels heb ik aan verschillende groepen mogen lesgeven in verschillende formats, van lessenreeks tot workshop. Sommige leerlingen komen vaak terug, andere maar één keer. Door hen goed te observeren kan ik mijn lessen steeds beter afstemmen op het gemengde niveau en daarbinnen toch gemeenschappelijke aandachtspunten vinden. Twee van deze lessen staan inmiddels op Dansdocent.nu: de eerste gaat over een veilige introductie in contactimprovisatie (gericht op grounding en flow) en de tweede specifiek over het loslaten van het bekkengebied. Veel van deze oefeningen gebruik ik óók wanneer ik technieklessen geef in hedendaagse dans. Ik heb gezien hoe deze stof bijdraagt aan het lichaamsbewustzijn van leerlingen en aan hun begrip van technische doelen zoals grounding, suspension en release, loodlijn, flow en fluïditeit. En ik heb vooral ook veel verbinding en dansplezier mogen zien! Ik ben er trots op dat op een veilige manier te kunnen faciliteren.
WERKPLEZIER & DIDACTIEK
Over één ding zijn dansdocenten het allemaal eens: wat een uitdagend en veelzijdig beroep hebben wij! Door middel van dans kunnen wij leerlingen begeleiden in hun algemene leerproces. Aan de hand van verschillende didactische werkwijzen leren we ze elke keer dat stapje meer. En dat geeft ons voldoening. Als dansdocent sta je er echter ook vaak alleen voor. Het is vaak creatief zoeken naar oplossingen voor de problemen waar je tegenaan loopt. Hoe bereid je je schooljaar voor? Hoe ga je te werk binnen verschillende contexten? Hoe gaan we de eindvoorstelling vormgeven? Maar vooral… Hoe behoud ik plezier in mijn beroep? Dat alles lees je in de rubriek ‘Werkplezier & Didactiek’!
Ilja Geelen
Ilja Geelen is hoofdredacteur van Dansdocent.nu. Ze heeft een bachelor Docent Dans van ArtEZ in Arnhem, en een master Culturele Antropologie en Ontwikkelingsstudies van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Sindsdien combineert ze verschillende rollen als maker, docent, performer, schrijver en organisator. Ze begon haar carrière in Marokko, waar ze twee jaar woonde. Nu choreografeert ze regelmatig in Egypte en woont ze ‘in een koffer’.
Ilja begon bij Dansdocent.nu in 2022 als redacteur Young Dance Professional en schreef toen over haar ervaringen als dansdocent in Marokko. Al snel kwamen daar klussen als eindredacteur en nieuwsredacteur bij. En sinds november 2024 dient Ilja Dansdocent.nu als tweede hoofdredacteur. In deze rol is zij verantwoordelijk voor het aansturen van de andere redacteuren.