Misselijkmakend dichtbij

Foto: Zoe (@_imd) / Unsplash

OP DE DANSACADEMIE | Het zal er wel bij horen. Dat dacht de (anonieme) student uit dit verhaal steeds wanneer gastchoreograaf Nathan haar onhandig vastpakte. Ook probeerde ze de indringende manier waarop hij naar haar keek te negeren, en zich niet ongemakkelijk te voelen bij de seksueel getinte manier waarop hij correcties gaf. Lang zei ze niets over de privéberichten die ze van hem kreeg. Pas nadat ze toch besloot haar verhaal te doen, begonnen de paniekaanvallen en de slapeloze nachten echt.

Voor dit verhaal leende Ilja Geelen haar pen aan een andere danser. Dit verhaal is dus waargebeurd! Maar om de privacy van zowel de verteller als de personages te waarborgen zijn namen en details geanonimiseerd.

Trillend van het huilen til ik de deken van Mona’s bed op en kruip ik tegen mijn grote zus aan. Ze draait zich naar me toe en slaat stevig haar arm om mijn middel. Ik doe mijn mond open om iets te zeggen, maar er komt alleen een snik uit. “Ssst,” fluistert Mona, “het is goed.” Ze draait zich weer op haar rug en zoekt onder de dekens naar mijn hand, waar ze even stevig in knijpt. Ze houdt haar vingers verstrengeld met de mijne. “Focus op je ademhaling”, fluistert ze, verwijzend naar de ademoefeningen die ze de laatste tijd vaak met me doet. 

Ik probeer mijn in- en uitademing te vertragen tot ik net zo ontspannen adem als zij. Dan voel ik haar vingers langzaam ontspannen in mijn hand terwijl ze in slaap valt. Maar bij mij gaan de flashbacks nog even door. In het begin vroeg ik nog iedere keer of ik bij haar in bed mocht slapen, maar inmiddels gaat het al weken zo. Alleen met de hand van mijn zus in de mijne lukt het me om in slaap te vallen. Terwijl mijn zenuwstelsel langzaam kalmeert, doorlopen mijn gedachten de gebeurtenissen van de dag…

Vanochtend kreeg ik van mijn mentor te horen dat meerdere docenten vinden dat ik zo moe overkom. Mijn lievelingsdocent, die naast haar zat in het beoordelingsgesprek, haakte in: ze vermoedde dat dit geen ‘gewone’ vermoeidheid was. Ze zei het op een warme manier, zonder haar gebruikelijke beoordelaars-toon, maar ging er verder niet op in. Ik knipperde een paar keer snel met mijn vochtig wordende ogen en scande haar gezicht, dat zich alweer had hersteld tot een neutrale uitdrukking, passend bij de setting. Inmiddels was mijn mentor haar aantekeningen aan het bestuderen, om te kijken welke punten ze nog meer met mij moest bespreken. Een paar weken geleden had zij in een les zelf nog mijn handen vastgepakt en me geholpen mijn adem tot rust te brengen, terwijl ik trillend en hyperventilerend de controle over mijn lichaam verloor. Als iemand wist van mijn paniekaanvallen was zij het. Zag ze het verband dan niet?

Had een van hen me hier op een ander moment onder vier ogen over aangesproken, dan was ik misschien wel gebarsten. Maar moest ik dan nu, hier, op een stoel tegenover vier docenten van het kernteam, gaan vertellen over de slapeloze nachten? Dat ik niet meer alleen kan slapen omdat mijn lichaam zich weigert te ontspannen? Hoe ik hele dagen misselijk ben en hoe meer ik probeer mijn spierspanning los te laten, hoe meer ik het gevoel krijg te moeten overgeven? En waarom kaarten ze dit aan als ze er zelf niet over in gesprek willen gaan? 

Denkend aan de opmerking van mijn mentor, dringen de herinneringen zich weer aan me op. Het trotse gevoel dat ik kreeg toen Nathan me uitkoos voor een duet in de voorstelling die hij maakte met onze klas. Hoe ik straalde, die eerste paar keer dat hij me een compliment gaf over mijn uitvoering. Maar ook de eerste keer dat de gedachte door mijn hoofd ging: hij zegt wel heel erg vaak mijn naam. Ik schudde het toen van me af, ik had immers ook een grote rol in het stuk. Blijkbaar liet ik mezelf in zijn repetities van mijn beste kant zien en werd dit opgemerkt. Maar dan die blik in zijn ogen als hij me in de pauze bij zich riep…

• • • • •

“Sara!” Nonchalant leunde hij met zijn elleboog op de piano. Hij tilde zijn kin iets omhoog terwijl hij mijn naam riep. Zijn ogen fonkelden uitdagend, licht dominant en… Flirterig? Zag ik dat goed? Met tegenzin liep ik naar hem toe. Onderweg ontmoette mijn blik toevallig die van mijn klasgenoot Emma, die snel wegkeek. Maar ik kreeg de kans niet om haar blik te lezen, want Nathan riep mij alweer.

“Wat heb je voor lunch bij je vandaag?” vroeg hij, zijn hoofd iets opzij getilt, zijn blauwe ogen zich iets vernauwend, alsof hij probeerde door me heen te kijken. “Ehh,” stamelde ik, “Een ehh salade met ehh…” “Toe maar, lekker uitgebreid. Heb je die zelf gekookt? Doe je dat graag, koken?” Wat was dat toch, die toon van hem… Overdonderd, zoals gewoonlijk, gaf ik antwoord op zijn verhoor. Hij wilde weten wat mijn lievelingseten was en toen ik vertelde over de stoofschotel van mijn moeder, wilde hij alles weten over mijn band met haar. Mijn ogen schoten onrustig heen en weer. Ik zag de laatste klasgenootjes het lokaal uit druppelen. Was het onbeleefd om nu te zeggen dat ik eigenlijk ook wel behoefte had om even de klas uit te gaan en te pauzeren met mijn vrienden?

In wat er overbleef van mijn pauze raapte ik mezelf zo goed mogelijk bij elkaar. Zouden we na de pauze weer aan het duet gaan werken? Waarom werd ik daar toch steeds zo nerveus van terwijl hij duidelijk tevreden over me was? Toch voelde het alsof mijn hart een stukje naar beneden viel toen hij me weer apart nam om zijn maakonderzoek met me voort te zetten. Terwijl de klas samen een frase cleande, ging hij met mij in een hoek van de studio aan de slag om het duet te maken. Dat zou ik uiteindelijk dansen met een klasgenoot, maar voor het onderzoek nam Nathan zelf even de rol van mijn danspartner in. Ik was weinig gewend op het gebied van partnering, dus de eerste keer dat hij stevig mijn billen vastpakte om me te liften schrok ik me rot. Met grote ogen keek ik mijn vriendin Emma aan, die ook even haar wenkbrauwen fronste. Maar Nathan pakte me bij mijn arm en leidde me terug naar mijn beginpositie, waardoor ik haar blik moest loslaten en me moest concentreren op wat hij me vertelde. “Sorry dat ik je daar aanraakte”, zei hij toen hij de schrik in mijn ogen zag. “Dat ging per ongeluk.”

Ik liet het van me afglijden, maar de sorry’s stapelden zich op. Elke repetitie raakte hij ‘per ongeluk’ mijn bil of borst aan. Ik probeerde niks te zoeken achter zijn onvoorzichtigheid, zelfs niet toen hij me zonder aankondiging bij mijn kruis pakte om me daar te liften. Hij stond achter me, reikte met zijn arm over mijn heup en greep stevig tussen mijn benen. Een golf van ongemak en walging ging door me heen. De twee seconden waarin ik gevangen zat in zijn grip voelden als een eeuwigheid. Hij probeerde die bewegingen meerdere malen uit maar leek weinig intentie te hebben die ook echt in het stuk te verwerken. Ik kon het moeilijk plaatsen, maar probeerde te vertrouwen op zijn maakproces. 

De klik dat er echt iets niet goed zat kwam enkele avonden later. Rond middernacht werd ik wakker van een appje: “Ik sta voor je deur.” Meteen zat ik rechtop in bed. Ik greep naar mijn badjas en liep met knikkende knieën naar het raam toe. De vloer was koud onder mijn voeten, maar ik nam de tijd niet om mijn pantoffels te vinden. Voordat ik het gordijn opendeed bedacht ik me, net op tijd, en liep ik terug om eerst mijn lamp uit te doen. Zo kon ik nog altijd doen alsof ik niet thuis was, of al sliep en Nathan’s bericht niet had gezien… Mijn hand trilde terwijl ik het gordijn een tikje opzij schoof. Ik maakte een sprongetje van schrik toen achter me op mijn nachtkastje mijn telefoon opnieuw trilde. “Grapje” verscheen er op mijn scherm. “Maar ik was een film aan het kijken en moest aan je denken.”

• • • • •

Mijn zus draait zich in haar slaap op haar zij, waardoor ik opschrik uit mijn gedachten. Ik wil weer dichter tegen haar aankruipen, maar bedenk me. Misschien ben ik rustig genoeg zo? Zou het kunnen dat het me vanavond wél lukt om in mijn eigen bed te slapen? Net als ik overeind wil komen om het te proberen, zie ik plots de blik van Emma weer voor me. Hoe vaak moet ik dit moment nog herbeleven - het moment dat alles me in één klap duidelijk werd?

• • • • •

“Saar…” zei Emma voorzichtig toen ik haar de berichtjes liet lezen. “Dit is niet oké hoor.” Eigenlijk waren we niet heel goed bevriend, dus het verbaasde me dat ik haar in vertrouwen nam. Maar toen ze naast me kwam zitten op de paarse bank in de aula, en vol warmte in haar stem vroeg hoe ik het werkproces met Nathan ervaarde, knapte er iets in me. Met een brok in mijn keel vroeg ik of ik haar de berichtjes mocht laten lezen, gewoon, om zeker te weten dat ik ze niet verkeerd interpreteerde. Er werd immers niks expliciets in gezegd, hij toonde gewoon interesse. Maar terwijl Emma’s ogen over mijn scherm flitsten voelde ik de schaamte in me opborrelen. Waarom had ik in godsnaam geantwoord toen hij rond middernacht vroeg wat ik aan het doen was? Waarom moest hij weten wat mijn weekendplannen waren en wat voor series ik keek?

De schaamte kwam binnen als een donderslag. Zo graag had ik het goed willen doen in zijn lessen en de juiste professionele houding willen laten zien: niet klagen, positieve energie geven, tegen een stootje kunnen. Ik had zelfvertrouwen willen uitstralen en kracht. Maar in plaats daarvan had ik geen greintje zelfrespect laten zien én geen enkel respect afgedwongen van Nathan. Mijn binnenste kroop ineen en ik wilde het liefst verdwijnen in de voegen van de bank, samen met de vergeten kruimels van de lunchpauze. In mijn hoofd raasden ze voorbij, al die keren dat ik blijkbaar te naïef was geweest en iets had moeten zeggen. 

Het is niet dat ik ze niet voelde, die momenten van ongemak wanneer hij een grens opzocht. Maar ik voelde zoveel dingen tegelijk! Rondom hem kwam er altijd zo’n cocktail van emoties in me naar boven: de trots om gezien te worden als danser, de waardering voor zijn creatieve brein, de drang het goed te doen, de nederigheid ten opzichte van mijn klasgenoten die niet zo’n grote rol hadden gekregen als ik. Ik weigerde te twijfelen dat hij me had uitgekozen omdat hij me een goede danser vond en niet om hoe ik eruit zag, of omdat ik overkwam als iemand met weinig grenzen. Dat ik me eigenlijk steeds kleiner voelde worden heb ik lang genegeerd. 

Maar toen, kijkend in Emma’s lieve ogen, kon ik me niet meer groot houden. De zachte aanraking van haar hand op mijn arm schudde me wakker. “Ik heb al meer dingen gezien waar ik me zorgen over maakte,” zei ze terwijl ze mijn telefoon teruggaf, waarbij ze mijn hand heel even vast bleef houden. “Het is niet normaal hoe hij jou tijdens het repeteren zomaar oppakt en zonder waarschuwing in het rond slingert. Je ziet eruit alsof je helemaal geen controle over je lichaam hebt!”

• • • • •

Een rilling loopt over mijn rug bij de herinnering aan haar woorden, die er zo in hakten. Het slapende lichaam van mijn zus naast me herinnert me eraan om een diepe zucht te slaken. Het is achter de rug, het is oké… En dit gesprek was zo’n belangrijk sleutelmoment! Zonder me te laten overweldigen door de emoties, probeer ik te reconstrueren hoe alles zich sinds dit gesprek in sneltreinvaart heeft ontrafeld.

• • • • •

Ik wist niet meteen hoe ik me moest voelen bij Emma’s woorden. Ergens voelde ik me nóg kleiner bij het idee dat anderen mij op mijn kwetsbaarst hadden gezien. Want als Emma het had gezien, wie dan nog meer? Ik voelde me vies, mijn buik trok zich samen. En tegelijkertijd ontstond er plotseling ruimte in mijn schouders. Ik ademde diep, heel diep in en voelde voor het eerst sinds weken mijn longen zich helemaal vullen met zuurstof. Dat al mijn weggestopte gevoelens van ongemak eindelijk gezien werden gaf ook een vreemd gevoel van opluchting en zelfvertrouwen.

Die middag, toen Nathan de klas toesprak, keek Emma me nog eens veelbetekenend aan. “Bij die release hierzo, daar mogen jullie nog veel meer loslaten. Je moet bijna het gevoel hebben alsof je klaarkomt. Sara doet dat heel goed, hoe ze eerst zo haar spieren nog eens samentrekt alsof er een elektrische schok door haar heen gaat en dan…” Met Emma’s bemoedigende ogen op me gericht hoorde ik Nathan’s stem haast niet meer. Terwijl hij doorging met het aanhalen van seksuele details zag ik ineens niet meer alleen mijn eigen ongemak, maar ook dat van mijn klasgenoten. Ik scande hun gezichten en zag Louise haar blik naar de vloer wenden en Maya haar schouders wat optrekken. Zelfs de onverschrokken Michael stond onrustig te friemelen aan de touwtjes van zijn joggingbroek. Ik was niet alleen in mijn onrust!

Een week later stond ik te huilen in de kleedkamer, omdat ik het podium niet op durfde voor de licht repetitie. Zoveel podiumvrees had ik nog nooit gehad! Maar deze keer wist ik meteen de oorzaak te vinden van mijn onveilige gevoel. De ingrediënten van de emotiecocktail waren me duidelijk geworden, en één ervan was veel te sterk. Ik zag alleen maar de lange dunne vingers van Nathan voor me bij het openmaken van het derde knoopje van zijn blouse, alvorens hij dicht tegen me aan kwam staan en me wederom ‘per ongeluk’ bij mijn borsten pakte in plaats van bij mijn ribben. In plaats van ineen te krimpen, haalde ik me de onrust van mijn andere klasgenoten weer voor de geest. Mijn vastberadenheid om hen te beschermen, won het van mijn schaamte. Want al voelde het grotendeels als mijn schuld - wat als het dat niét was? Als hij dit bij een ander net zo goed zou proberen? Ik móést voorkomen dat mijn medestudenten, of toekomstige studenten van welke opleiding dan ook, zouden worden overgeleverd aan zijn zieke spelletjes. 

Ik plensde wat water in mijn gezicht, trok mijn schoenen aan en liep vastberaden de gang door en de trap op. De hele weg naar het kantoortje van de vertrouwenspersoon keek ik niemand aan. 

• • • • •

Ik schop onrustig de deken van me af. Ik lig gewoon opnieuw te zweten van de zenuwen die ik toen voelde voor dat gesprek! Mijn zus verandert van positie en er komt een soort vragend geluid uit haar. “Nee, niks”, fluister ik, al denk ik niet dat ze me hoort.

Inmiddels is het gesprek met de vertrouwenspersoon drie maanden geleden en slaap ik al net zo lang niet meer. Ze nemen Nathan niet meer aan voor klussen, vertelde ze me. Maar ze hebben hem niet aangesproken op zijn gedrag, want dan zouden ze mijn anonimiteit niet kunnen garanderen. Mijn mentor was op de hoogte gesteld voor nazorg. “Ik kom hier nog op terug”, had ze gemaild. Maar gisteren in het beoordelingsgesprek sprak ze over mijn vermoeidheid alsof ze geen benul had van de oorzaak ervan. 

Het was me niet gelukt om tegen haar in te gaan. Ik had al mijn concentratie nodig om mijn ademhaling onder controle te houden. Vijf minuten later zat ik weer te staren naar dezelfde vlek op dezelfde tegel in hetzelfde wc-hokje, dat ik de afgelopen tijd heb leren kennen als mijn broekzak. Juist in de week nadat ik mijn verhaal had gedaan bij de vertrouwenspersoon, begonnen de paniekaanvallen. Alsof er eindelijk plek was in mijn lijf voor al die emoties van de afgelopen tijd. Ik probeer mezelf steeds door die aanvallen heen te praten, zoals mijn zus dat met me zou doen: “Adem in, hou vast, uitademen en scherpstellen, focus op het hier en nu. Als je goed kijkt heeft die vlek op de muur de vorm van Afrika. Inademen, uitademen, zie de zwart-witte tegels, de verkleurde voegen. Inademen, hou vast, span je spieren aan, laat ze los op een uitademing…”

Maar mijn spieren lieten vanmiddag weer eens niet los en dat doen ze nog steeds niet. Als ik ook maar denk aan ontspannen, slaat de misselijkheid toe. Mijn psycholoog zegt dat het opgekropte spanning is, dat als je lichaam maar lang genoeg went aan een bepaalde mate van stress, het dat als het nieuwe normaal gaat zien. Het loslaten van die spanning, van die freeze respons die je krijgt als je bang bent, voelt dan als een bedreiging. Ze heeft me oefeningen gegeven om te leren op een veilige manier mijn lichaam te ontspannen. Daarom lukt het me inmiddels om in slaap te vallen in het bed van mijn zus. Maar zodra ik alleen ben, barst de hel weer los. 

Ik weet dankzij mijn psycholoog inmiddels dat het niet mijn schuld is. Terwijl ze me leert om mijn grenzen te voelen en aan te geven, benadrukt ze ook steeds opnieuw dat ik niets hiervan over mezelf heb afgeroepen. Dat het gedrag van Nathan niet goed te praten valt. Maar ook dat ik er nog altijd gerust van mag uitgaan dat hij me mijn grote rol heeft gegeven vanwege mijn danstalent - en niet omdat hij een makkelijk slachtoffer in me zag! Dat hij vervolgens de grenzen opzocht had niks met mij te maken en bij een ander had hij hoogstwaarschijnlijk hetzelfde gedaan. Langzaam begin ik haar te geloven, maar echt doorvoelen doe ik het nog niet. 

Nathan heb ik inmiddels verwijderd van social media. Mijn duim bleef even hangen boven mijn scherm toen ik vanuit onze chat zijn profiel wilde openen om hem te ontvolgen. “Ik kan je aan een netwerk helpen”, stond nog in beeld van een vorig gesprek. “Zeg maar met wie je graag zou willen werken, ik krijg je daar wel binnen.” Ik slaakte een diepe zucht, toen zette ik door en ontvolgde ik hem. Fuck zijn netwerk. Als het zo moet, maak ik mijn eigen voorstellingen wel. Zijn aanmoedigende comments onder mijn improvisatiefilmpjes hebben hun motiverende waarde volledig verloren. Ik heb geen zin om ze allemaal handmatig te verwijderen, dat is mijn energie niet waard. Maar het kan me niet meer schelen welke grote namen zien dat hij me volgt. Op deze manier hoeft het niet. 


OP DE DANSACADEMIE

Hoe heb jij jouw tijd op de dansacademie ervaren? Voor vele studenten is dit niet enkel een mooie tijd. Soms komt pas jaren later het besef dat bepaalde ervaringen traumatisch waren. Om deze persoonlijke en kwetsbare verhalen te kunnen vertellen, lenen onze redacteuren hun pen en hum stem aan andere dansers en docenten. Zo wil Dansdocent.nu bijdragen aan de groeiende aandacht voor het fysieke, mentale én emotionele welzijn van dansers en van studenten op dansopleidingen. 

Wil jij ook jouw verhaal over de dansacademie delen en laten vertellen door ons? Neem dan contact met ons op!

Ilja Geelen

Ilja Geelen is hoofdredacteur van Dansdocent.nu. Ze heeft een bachelor Docent Dans van ArtEZ in Arnhem, en een master Culturele Antropologie en Ontwikkelingsstudies van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Sindsdien combineert ze verschillende rollen als maker, docent, performer, schrijver en organisator. Ze begon haar carrière in Marokko, waar ze twee jaar woonde. Nu choreografeert ze regelmatig in Egypte en woont ze ‘in een koffer’.

Ilja begon bij Dansdocent.nu in 2022 als redacteur Young Dance Professional en schreef toen over haar ervaringen als dansdocent in Marokko. Al snel kwamen daar klussen als eindredacteur en nieuwsredacteur bij. En sinds november 2024 dient Ilja Dansdocent.nu als tweede hoofdredacteur. In deze rol is zij verantwoordelijk voor het aansturen van de andere redacteuren.