Zo creëer je interactie met je leerlingen tijdens online danslessen

Photo by Ольга Simankova/iStock / Getty Images

Photo by Ольга Simankova/iStock / Getty Images

WERKPLEZIER & DIDACTIEK | Veel dansdocenten bieden tijdens de coronacrisis online danslessen aan. Verreweg de meesten doen dat nu voor het eerst. HELP?! Digitaal lesgeven blijkt zo makkelijk nog niet. Hoe zorg je er als docent voor dat je je leerlingen blijft betrekken bij de dansles? Hoe maak je contact met leerlingen? En hoe zorg je ervoor dat jouw dansles zelfs de jongste dansers blijft prikkelen? Met activerende didactiek, natuurlijk. Net zoals in je normale danslessen. In dit artikel legt dansdocente Rimke Saan het je allemaal uit. Dit kun jij!

Online dansles geven

Anderhalvemetersamenleving. Een woord dat we een paar maanden geleden nog niet kenden. Momenteel horen we het woord dagelijks op het nieuws voorbij komen. Houd afstand. Blijf thuis. Werken als dansdocent in zo’n samenleving is niet niks. Danslessen worden massaal online gegeven via filmpjes op Skype, Facebook en Zoom. Dat is, tijdelijk, best een goede oplossing. Toch brengen deze oplossingen een vorm van afstand met zich mee. Niet alleen de letterlijke afstand tussen twee locaties, maar ook de emotionele afstand in het contact maken met de leerlingen. 

Interactie met leerlingen is via een computerscherm een stuk moeilijker dan in het echt. Mede daarom zijn er docenten die nu het liefst een les aan te bieden die leerlingen gewoon kunnen volgen wanneer ze maar willen. Een workout les waarbij de docent een half uurtje knalt en waarbij leerlingen kijken, meedoen en vooral zweten. Een filmpje van een kleuterles die ze gewoon in de woonkamer kunnen meedansen. Het is geven en ontvangen, voordoen en nadoen. Maar waar is de dialoog? 

In dit artikel zet ik mogelijkheden uiteen voor dansdocenten die specifiek op zoek zijn naar interactie met de leerlingen op hun computerscherm. Een onderdeel van de dansles dat voor mij het allerbelangrijkste is. Door middel van interactie betrek je leerlingen bij de lesstof, geef je ze een uitlaatklep, en laat je de leerlingen zich gezien voelen. Zo bereik je een dieper niveau van lesgeven en leren, waarbij zowel de docent als de leerling volledig in de les opgaan.  Want dat online interactie nu lastig lijkt, betekent niet dat het onmogelijk is! 

Leerlingen van Rimke Saan bij Danshuis Haarlem leerden in twee danslessen een choreografie en traden op vanuit huis. Bekijk de dans op Facebook.

Leerlingen van Rimke Saan bij Danshuis Haarlem leerden in twee danslessen een choreografie en traden op vanuit huis. Bekijk de dans op Facebook.

Activerende didactiek voor meer interactie

Om leerlingen enthousiast te krijgen en actief te laten deelnemen aan de lessen, gebruiken docenten activerende didactiek. “Activerende didactiek is een verzamelbegrip voor alle pedagogisch-didactische interventies van een leraar om de (denk)activiteit van zijn leerlingen te stimuleren” (Melisse, 2014). Met andere woorden: een manier van werken waarbij leerlingen worden gestimuleerd om mee te denken en mee te doen. 

Binnen activerende didactiek horen werkvormen waarbij leerlingen dus niet alleen de les ‘volgen’ maar ook echt actief deelnemen. Bijvoorbeeld door hun mening te geven, door vragen te beantwoorden of door opdrachten te maken of zelfs te verzinnen. Activerende werkvormen vragen om interactie tussen docent en leerling. Een docent vraagt iets van de leerling. De leerlingen reageert hierop. En andersom! Deze actie en reactie tussen leerlingen en docent hebben weer invloed op de rest van de les. De keuze voor een bepaalde oefening. Hoe vaak je de dans nog uitlegt. Hoeveel correcties je geeft. Of je een spelletje doet. Et cetera. 

We weten nu wat activerende didactiek betekent. Maar hoe doe je dat online in plaats van face-to-face? Waar moeten we nog meer rekening mee houden?De antwoorden hierop vond ik op de site van de National Dance Education Organisation (NDEO). Zij hielden afgelopen weken verschillende webinars over online lesgeven - die je ook zelf online allemaal kunt bekijken. 

De meest interessante webinar vond ik ‘Online Teaching Tips from OPDI Professors’ (2020). Hoewel deze webinar zich niet volledig focust op dansles an sich, was er veel nuttige informatie uit te halen. Er werd vooral ingegaan op groepsgevoel en interactie met leerlingen. Drie onderdelen vielen mij vooral op. Onderdelen die je als dansdocent goed en gemakkelijk kunt toepassen in je online danslessen. Namelijk: gemeenschap, persoonlijk contact en de online omgeving (NDEO, 2020). 

Gemeenschap: creëer een groepsgevoel

Binnen een dansschool of dansles zijn leerlingen onderdeel van een gemeenschap, of ‘community’ zoals ze dat in het Engels noemen. Een vaste docent, een vaste groep, een vaste locatie, een vast tijdstip. Als leerling ben je onderdeel van een groter geheel. Nu de danslessen voornamelijk online worden gegeven, is het lastiger het gevoel van een gemeenschap te waarborgen. Toch zijn er een aantal manier om dit zoveel mogelijk te kunnen blijven doen.

  • Vraag aan het begin van de dansles hoe het met iedereen gaat. Neem de tijd om alle leerlingen even aan het woord te laten en reageer ook op hun verhalen. Op die manier hebben leerlingen het gevoel dat zij nog steeds gezien worden en zien zij op hun beurt ook medeleerlingen. Dit versterkt het gevoel van het ‘groter geheel’ waar zij toebehoren. Deze tip is ook terug te horen in de podcast ‘Surviving the Corona Pandemic as Studio Owners’ van DSO Connect (2020).

  • Wees niet bang om vragen te stellen. Online vragen stellen is misschien minder vanzelfsprekend dan tijdens een ‘real life’ dansles, maar kan nog steeds! Neem de tijd om leerlingen na te laten denken over een vraag en moed te verzamelen om te antwoorden. Stiltes zijn oké! Het kan werken om leerlingen persoonlijk een vraag te stellen: “Petra, weet jij misschien hoe…”. Zo weet je zeker dat een leerling zich aangesproken voelt om antwoord gegeven. Wel is het belangrijk om in te schatten of een desbetreffende leerling deze aandacht niet te overweldigend zal vinden. Een andere manier is om een activerende vraag te stellen waarop iedereen kan antwoorden: “Wie weet nog hoe we…”. Zo trigger je de voorkennis van leerlingen en zijn zij intrinsiek gemotiveerd om antwoord te geven.

  • Moedig reflectie aan na/voor oefeningen. Vergeet niet hoe belangrijk reflectie binnen een dansles is! Neem de tijd om voor of na een oefening te reflecteren. Dit kan op ontelbare manieren: stel een vraag, benoem een aantal punten die goed gingen of beter konden, of laat leerlingen een woord noemen om de oefening te beschrijven. Of, heel simpel, gebruik een handgebaar wanneer je van iedereen in de groep tegelijkertijd een antwoord verwacht. Bijvoorbeeld: duim omhoog als de oefening goed ging, duim opzij als het nog niet helemaal duidelijk was. Door reflectie in lessen toe te passen geef je leerlingen het gevoel onderdeel te zijn van een les. Je kijkt niet naar een YouTube filmpje dat ooit is gemaakt en waar je toevallig aan mee doet. Je bent onderdeel van de gemeenschap die in het hier en nu een les volgt.

Persoonlijk contact: … maar vergeet het individu niet!

Een hand schudden, oogcontact maken, een klopje op de schouder. Tijdens een online dansles vallen dat soort persoonlijke momentjes weg. Persoonlijk contact wordt voor een docent (en voor een leerling) minder vanzelfsprekend. Je moet er zelf ruimte voor creëren. Denk maar aan een leerling die voor de les even wil aangeven dat hij/zij moe is, omdat hij/zij net terug komt van kamp. Of een blessure waar ze mee kampen. Persoonlijk contact is eigenlijk onderdeel van het hierboven al uitgewerkte onderdeel gemeenschap. Je hoort tot een groep, maar bent ook een individu. Hoe kun je hier als docent op inspelen?

  • Start de online dansles iets eerder. Als je als docent voor de les officieel begint al zicht- en hoorbaar bent voor leerlingen die binnenstromen, kun je een casual praatje maken. Net zoals bij een normale dansles. Zo maak je even contact met iemand, zonder dat het ‘gemaakt’ voelt omdat de rest van de leerlingen toekijkt. De les is nog niet begonnen en er is nog geen centraal aandachtspunt. Ditzelfde principe werkt natuurlijk ook na een les. Laat leerlingen die willen de meeting verlaten en klets nog even na met leerlingen die dat fijn vinden. 

  • Ga op zoek naar persoonlijke aanknopingspunten. Benoem iets in de omgeving van de leerling, vraag naar een familielid dat je goed kent, maak een bekend grapje. Geef alle leerling het gevoel dat zij er mogen zijn en dat zij gezien worden. Een opmerking die echt op de persoon gericht is kan daarbij helpen. ‘Mooie plié Eric’ is natuurlijk heel anders dan ‘Lekker bezig allemaal’. 

  • Blijf de belevingswereld aanspreken. Voor de jongste dansers is het nog lastig te begrijpen wat er allemaal gebeurd. Een docent die opeens op het computerscherm staat en niet meer voor hun neus. Om kleine kinderen het gevoel te geven dat zij zich echt in een les bevinden, helpt het om te werken met attributen en verhalen. Begin de dansles met het voorlezen van een boek, laat plaatjes zien of gebruik alledaagse attributen. Maak bijvoorbeeld een dansles met een knuffel, waarbij kinderen ook thuis met een knuffel dansen. Dit geeft een gevoel van verbondenheid. Leerlingen snappen dan beter dat zij zelf onderdeel zijn van deze dansles en niet alleen kijken. 

  • Geef ruimte aan ieder individu. Je kunt als dansdocent momenten creëren waarin elk individu de kans krijgt om iets te laten zien. Leerlingen maakt om de beurt hun eigen buiging na de dansles. Of ze laten ieder een stukje zien dat ze net hebben bedacht. Zelfs een diagonaal kun je persoonlijk maken! Geef elke leerling een nummer en laat ze om de beurt naar de overkant dansen. Zo kun jij iedereen zien, complimenteren en feedback geven en zo kunnen leerlingen ook elkaar zien. 

Online omgeving: zo houd je contact

Dansen is een contactsport. Je ziet elkaar, voelt elkaar, hoort elkaar en ruikt elkaar soms na een intensieve dansles. Tijdens een online dansles zie je alleen schermpjes en hoor je de docent. Hoe kun je die virtuele wereld toch een open breken en het contact tussen leerlingen onderling verbeteren?

  • Creëer een plek voor communicatie buiten de dansles om. Dat alles online gedaan moet worden, kunnen we niet omheen. Daarom  helpt het om bijvoorbeeld groepschats te maken voor persoonlijk contact. Dit kan bijvoorbeeld op Whatsapp. Zo zit je niet alleen in de online dansles, maar kunnen leerlingen ook buiten de lessen om makkelijker een berichtje sturen naar elkaar of naar de dansdocent. Je kan natuurlijk ook kiezen voor een ander platform, zoals een Facebook groep. Microsoft Teams is een andere goede optie. 

  • Bedenk opdrachten die alleen als groep gedaan kunnen worden. Gebruik didactische vormen die alleen als groep uitgevoerd kunnen word. Doe bijvoorbeeld een doorgeef-dans, waarbij de beweging van de ene naar de andere persoon wordt doorgegeven. Leerling A maakt een beweging en noemt een naam (leerling B). Leerling B neemt die over en noemt de volgende naam. Je kunt ook denken aan het spelletje ‘Ik ga op reis en ik neem mee’. Laat een leerling beginnen met een beweging en bouw dit voort tot een hele dans. Of laat leerlingen de opwarming zelf verzinnen. Noem een naam en deze desbetreffende leerling kiest een pas voor de opwarming. Via deze werkvormen krijgen leerlingen minder het gevoel opgesloten te zitten in hun eigen huis en voelt het meer alsof ze echt samen dansen. Voor bovenstaande werkvormen is het overigens wél handig dat leerlingen elkaar kunnen zien op het scherm. Bij Zoom kan dit door rechtsboven in het scherm voor ‘gallery view’ te kiezen.

  • Laat leerlingen samenwerken. Bedenk een opdracht waarbij leerlingen kunnen samenwerken. Zo kun je na een oefening de leerlingen in twee groepen verdelen. Elke leerling kiest een ‘buddy’ en deze buddies kijken naar elkaar. Ze verzamelen feedback en wisselen dit uit. Dit kan centraal, maar je kunt ze ook onderling laten (video)bellen. Leerlingen voelen zich niet alleen gezien, maar hebben ook een laagdrempelige ingang voor persoonlijk contact. Je zou ook een opdracht naast de dansles kunnen uitzetten. Zoals: maak in een tweetallen een stukje choreografie. Of laat ze een stukje aangeleerde dans omzetten naar twee versies. Bijvoorbeeld: hoog en laag in de ruimte. 

  • Geef leerlingen invloed. Een bekende activerende werkvorm is om leerlingen keuze te geven. Zo maak je leerlingen nog meer onderdeel van een dansles. Zij bepalen wat de volgende stap is. Hún actie veroorzaakt een reactie. Geef ze bijvoorbeeld de keuze: grondoefening of across the floor (living room). Nog een keer of verder? Ballet of modern? Je kan dit gemakkelijk met handgebaren doen. Hand omhoog betekent nog een keer. Vinger opzij betekent verder. Dit zal ervoor zorgen dat leerlingen het gevoel hebben dat zij ‘erbij’ zijn. Zij zijn ‘in’ de les in plaats van voor de computer. 

Denk in mogelijkheden

Er zijn dus heel wat mogelijkheden om zoveel mogelijk interactie en persoonlijk contact teweeg te brengen. Ideaal zijn de omstandigheden niet, maar blijf niet hangen in wat er niet meer kan. Want heel veel didactische principes die je normaal gesproken toepast, die zijn nog steeds bruikbaar! Gelukkig zijn dansdocenten getraind om oplossingsgericht te denken en zullen ook deze omstandigheden ons niet klein krijgen. :)

Laatst gaf ik een peuterles via Zoom. Een uitdaging, want ik had dit nog nooit gedaan. Ik begon de les met het laten zien van een prent uit een boek. Ik vroeg aan ze welke dieren ze zagen. Om de beurt liet ik ze er een opnoemen. Ze mochten ook vertellen of ze dit dier wel eens in het echt hadden gezien. Na vijf minuten waren de peuters helemaal in de les opgezogen. Tien minuten later waren er drie kwijt en lag er een op de grond. Ik riep ze bij de naam en vroeg ze of ze allemaal een sprong konden laten zien. De allergrootste die ze ooit hadden gedaan. Om de beurt sprongen ze door hun slaapkamer. Ik complimenteerde ze om de beurt. De blije koppies na een compliment zegt wat mij betreft genoeg. Enthousiaste peuters, tevreden ouders en vooral een blije docent.

Betrek leerlingen bij de les, werk met activerende werkvormen en geef ze persoonlijke aandacht. You can do this!

Heb jij ook een fijne tip voor online lesgeven? Deel deze dan met je collega’s via een opmerking onderaan dit artikel!

Bronnen


WERKPLEZIER & DIDACTIEK

Over één ding zijn dansdocenten het allemaal eens: wat een uitdagend en veelzijdig beroep hebben wij! Door middel van dans kunnen wij leerlingen begeleiden in hun algemene leerproces. Aan de hand van verschillende didactische werkwijzen leren we ze elke keer dat stapje meer. En dat geeft ons voldoening. Als dansdocent sta je er echter ook vaak alleen voor. Het is vaak creatief zoeken naar oplossingen voor de problemen waar je tegenaan loopt. Hoe bereid je je schooljaar voor? Hoe ga je te werk binnen verschillende contexten? Hoe gaan we de eindvoorstelling vormgeven? Maar vooral… Hoe behoud ik plezier in mijn beroep? Dat alles lees je in de rubriek ‘Werkplezier & Didactiek’!

Rimke klein.png

Rimke Saan

Rimke Saan is redacteur Young Dance Professional én Muziek & Lesmateriaal. Ze is recent afgestudeerd aan de opleiding Docent Dans bij ArtEZ in Arnhem. Zij geeft all-round lessen op verschillende dansscholen aan verschillende doelgroepen. Verder werkt Rimke als dansdocent op de middelbare school en doet zij vaak projecten in het basisonderwijs. Als beginnend dansdocent schrijft ze voor Dansdocent.nu persoonlijke verhalen over de perikelen van jonge dansdocenten.