Dansen over de herfst: hoe een thema creativiteit kan stimuleren

MUZIEK & LESMATERIAAL | Houd jij ook zo van de herfst? In dit artikel gaan we aan de slag met herfstbladeren, spinnenwebben en pompoenen. Themagericht werken in de dansles is niet alleen leuk, maar ook slim: het stimuleert creativiteit bij leerlingen! Daarom heeft Rimke Saan leuke improvisatieopdrachten bedacht en een herfstig tintje gegeven. Zo ontdekken de kinderen in jouw dansles nieuwe manieren van bewegen en zijn ze zowel fysiek als mentaal actief betrokken.  

Waarom themagericht werken?

Het is je vast niet ontgaan. De bomen zijn verkleurd van groen naar oranje en de grond is bezaaid met bladeren. Al weken op rij kom ik verwaaid en verregend aan op de (dans)scholen. De herfst is begonnen! Ik pak ook dit jaar weer de herfst als thema voor mijn danslessen. De prachtige bladeren geven mij direct inspiratie om mee aan de slag te gaan. 

In mijn lessen, zeker in het onderwijs, vind ik het heel belangrijk om de creativiteit van kinderen te stimuleren. Tuurlijk werk in je in danslessen aan technische vaardigheden. Je geeft leerlingen passen materiaal mee. Je werkt aan kracht, conditie, balans en flexibiliteit. Maar creativiteit mag wat mij betreft niet worden vergeten! Daarmee leren leerlingen om het bewegingsmateriaal zich eigen te maken. Ze leren dat alles wat ze doen goed is en dat ze op hun eigen manier kunnen en mogen bewegen. 

Een thema, zoals de herfst, kan een mooi uitgangspunt zijn om de creativiteit van kinderen te stimuleren en te verbeteren. Om dat beter uit te leggen haal ik er de Handreiking Dans’es van het LKCA (2019) bij, gemaakt voor iedereen die iets wil doen met dans in het onderwijs. Hierin wordt precies beschreven wat ik belangrijk vind in mijn danslessen. Namelijk, het creatieve leerproces: 

Kinderen bewegen graag en veel en ze doen dat ieder op hun eigen manier, vanuit hun eigen interesse en aanleg. In de dansles kun je nadruk leggen op het creatieve proces. Je spoort kinderen dan aan om hun eigen bewegingen te ontdekken, van dans te genieten, hun verbeelding en fantasie vorm te geven, zelf en samen met anderen te creëren en het resultaat eventueel te presenteren. (LKCA, 2019, p. 7)

Het creatieve leerproces gaat dus om het ontdekken van je eigen bewegingsidioom en het zelf maken van dansfrases of -bewegingen. Het gaat in dit geval dus niet om het nadoen van bewegingen die een docent voordoet. Of het nadoen van Tiktok video’s. Juist de fantasie en verbeelding wordt gebruikt als ingang om bewegingen vorm te geven. Hiermee wordt creativiteit gestimuleerd. Want leerlingen gaan op zoek naar hun eigen idee bij een bepaald onderwerp. 

In de handreiking Dans’es wordt het boek Leren van Kunst benoemd. Dit boek beschrijft creativiteit op een interessante manier: “Creativiteit is de vaardigheid om ideeën te bedenken en dingen te creëren die nieuw, verrassend en waardevol zijn voor de maker zelf.” (LKCA, 2019, p.7). Creativiteit verbaast dus niet alleen anderen, maar ook de maker zelf. Dat is een enorme meerwaarde voor leerlingen om de dansles te volgen. 

Een dansles over de herfst

In dit artikel gebruik ik de herfst als thema om tot creativiteit te komen. Bijna elke school doet veel met herfst als thema. Denk maar aan de herfsttafels die door de school verschijnen. Vol met herfstbladeren, eikeltjes, kastanjes en eventueel Halloween versieringen. Kortom, dit thema leeft! Mocht je ervoor kiezen om het thema herfst te gebruiken in je les, is het altijd leuk om leerlingen te vragen wat zij allemaal al weten over de herfst. Daar komt meteen heel veel informatie uit - die jou weer kan inspireren. 

Ik beschrijf hieronder een aantal leuke opdrachten die je met leerlingen kan doen om creativiteit van leerlingen te stimuleren en dat uiteindelijk om te zetten in een stukje dans. Deze oefeningen zijn vooral gericht op leerlingen tussen de 6 en 12 jaar. De opdrachten staan niet in een vast lesformat, maar kun je los inzetten. Als toevoeging in een klassieke les. Of als warming-up van je hiphop les. Om naast die dansvaardigheden ook een stukje creativiteit in je dansles te verwerken. Of plak alle oefeningen bij elkaar als dansles in het basisonderwijs. 

Verder wordt er in elke oefening een leerdoel van dans behandeld. Ben je dus zelf bezig met ruimtegebruik in je dansles? Dan kun je voor die oefening kiezen. 

Herfststorm

♫ Muzieksuggesties: Delicate Jumps - René Aubry en Miniskis - René Aubry

Oefening A

In deze oefening gaan we vooral gebruik maken van de ruimte. De leerlingen werken aan het interpreteren van weersomstandigheden in beweging. Ze werken hierbij vooral aan verplaatsingen. 

In de herfst kan het weer alle kanten op gaan. Het kan regenen, de zon kan schijnen of het kan stormen. In deze oefening mag iedereen vrij door de zaal dansen. De docent print een aantal plaatjes uit. Om de beurt houdt de docent deze plaatjes omhoog. Zodra de leerlingen het plaatje zien, beelden ze die weersomstandigheden uit. Deze plaatjes kun je afwisselen. Je kunt ervoor kiezen om met je stem de plaatjes nog extra aanzet te geven. De wind of regen kan bijvoorbeeld van zacht naar hard gaan. 

Het is handig om vooraf de afbeeldingen met de groep te bespreken. Hieronder vind je mijn interpretatie per onderdeel. Misschien heeft jouw groep nog veel betere ideeën. Het is belangrijk om te beseffen dat het bij creativiteit altijd blijft gaan om de beleving van de leerling zelf. Gaat een leerling bij ‘zon’ keihard rennen, omdat diegene vrolijk wordt van de zon? Dat zou je als docent natuurlijk ook goed kunnen keuren. 

Zon: Het is lekker warm. De wind is rustig en de bladeren dwarrelen door de lucht. Je danst traag, je geniet van je omgeving en misschien sta je of zit je af en toe wel even stil om van de zon te genieten. 

Storm: De wind gaat van rechts, naar links, van boven naar beneden. Soms met grote rukken, soms in cirkels. Stimuleer de leerlingen om zo veel mogelijk af te wisselen tussen hoog en laag en dus niet alleen te rennen. 

Regen: Het begint keihard te regenen, wat doe je? Verstop jezelf en maak je jezelf zo klein mogelijk. Beweeg je van plek naar plek om de regen te ontwijken? Of wil je juist jezelf nat laten regenen en geniet je van de koude douche?

Oefening B

In deze oefening gaan we vooral werken aan timing en ritme.  De leerlingen luisteren goed naar geluiden en bedenken hun eigen invulling van dit geluid met hun lichaam. Ze leren zo om vrij te reageren op geluid en te werken aan contrasten zoals snel vs.langzaam en zacht vs. hard. Ze doen dit vanuit hun eigen creativiteit en beleving. 

In de herfst liggen er vaak veel diepe regenplassen op de grond. Daar gaan we natuurlijk gebruik van maken. Je kunt hier in stampen of in springen. Met een trommel geef je het ritme aan. Éen slag op de trommel is één stamp of sprong. En zo gaat het door. Bij drie slagen maak je bijvoorbeeld drie sprongen. Je kan hier heel leuk afwisselingen met korte bewegingen en stops, of juist met een lang ritme waarbij leerlingen achter elkaar door blijven stampen en springen. Bij leerlingen die ervaring hebben kun je ook inspelen op hard en zacht. Bij een hard geluid stamp of spring je extra groot en hard. Bij een zacht geluid ben je zelf ook zachtjes. 

Pompoenen

♫ Muzieksuggesties: Funky Nassau - The Juju Orchestra en Homebase - Dhizan & Kamien

Oefening A

In deze oefening gaan we vooral werken aan fantasie en krachtgebruik. Wat zien de leerlingen voor zich bij een fictieve pompoen en hoe kunnen ze dat in hun lichaam vertalen?

Bij de herfst horen natuurlijk ook pompoenen in allerlei kleuren en maten. Maak met de leerlingen een grote kring. Geef als de docent de (fictieve) pompoen door aan degene naast je. Begin simpel. Je kunt ervoor kiezen om te doen alsof de pompoen heel zwaar is of juist heel licht. Je kunt ook de pompoen doorgeven met een draai of een sprong. Misschien doe je wel iets over de grond of voeg je een emotie toe aan je beweging. ‘Help deze pompoen is heel eng’ of misschien is de pompoen heel erg heet of gemaakt van glas.

Eerst herhaalt de volgende leerling precies jouw manier van doorgeven. Als dit heel goed gaat, kun je de leerlingen zelf een manier laten verzinnen om de pompoen door te geven. 

Oefening B

Deze oefening is een vervolg van oefening a. In deze oefening wordt nog verder gewerkt aan lichaamsbewustzijn en creativiteit. 

Vervolgens gaan we de pompoenen meenemen door de zaal. Zet de fictieve pompoen op je hoofd en beweeg door de zaal. Heel voorzichtig, want hij mag niet vallen. Wissel vervolgens naar je schouder, knie, voet, rug, buik, neus of elleboog. Als dit goed gaat, kunnen de leerlingen zelf kiezen waar ze hun pompoen tillen. Bij een klap in de handen van de docent wisselen ze van plek. Dit kan je steeds sneller afwisselen. Verder zou je de pompoen weer op allerlei manieren kunnen beschrijven. Heel groot, klein, zwaar, licht, heet, koud, eng, breekbaar, vies, lief, zacht en ga zo maar door. 

P.S. Het is misschien lastig voor te stellen dat leerlingen echt in deze fantasie op kunnen gaan, maar het kan echt! Vooral als je het zelf heel overtuigend brengt. In mijn lessen zijn bij deze opdrachten de meeste kinderen bloedserieus aan het dansen, balancerend alsof ze een pompoen op hun hoofd hebben. Soms met tong uit hun mond. 

Als er een leerling niet goed mee lijkt (!) te doen, is het handig om even te vragen wat er aan de hand is. Zo had ik laatst een kleuter die de pompoen op zijn rug moest dragen. Alle andere kleuters begonnen te kruipen, tijgeren of liepen voorover gebogen door de zaal. Hij bleef vrolijk rechtop huppelen. Ik snapte er niets van, want deze jongen doet altijd enorm zijn best. Toen ik hem vroeg hoe het kon dat hij rechtop liep, zonder dat zijn pompoen zou vallen, zei hij: “Juf, ik gebruik gewoon plakband!”. 

Herfstdieren

♫ Muzieksuggesties: Kothbiro - Ayub Ogada en Chiro - Ayub Ogada

Deze oefening werkt vooral aan verschillende verplaatsingen en aan plaatsing in de ruimte. Hoe kun je routes lopen in de ruimte en hoe kun je je verplaatsen over deze routes?

In de herfst vind je dieren die je de rest van het jaar minder vaak ziet. Bijvoorbeeld spinnen. Spinnen hebben een web en kunnen daar heel knap overheen lopen. Dit gaan wij ook doen. Gebruik de lijnen van de gym-/danszaal of maak zelf lijnen met tape of een bol wol. Laat de leerlingen heel voorzichtig over de lijnen lopen. Als ze elkaar tegenkomen, moeten ze van richting wisselen, want inhalen is verboden. Kunnen je leerlingen dit ook achteruit? Kunnen je leerlingen ook….

- op hun tenen over de lijn
- springen over de lijn
- draaien over de lijn
- alleen met hun buik/billen/rug over de lijn

Natuurlijk is niet alles even makkelijk om over een dunne lijn uit te voeren. Draaien en springen bijvoorbeeld. Hier moeten de leerlingen creatieve oplossingen voor verzinnen. Hoe kun je over een dunne lijn springen? Hoe zorg je ervoor dat je niet van de lijn afdraait? Besteed hier samen met de leerlingen aandacht aan. Je zult zien dat de leerlingen hele goede ideeën hebben. 

Herfstbladeren

♫ Muzieksuggesties: Guitare Bambou - René Aubry en Rally Raid -  Eric Löhrer

In deze oefening gaat het om beleving en het gebruik van hoogtelagen. Zonder dat de leerlingen het door hebben, zwieren ze door de zaal en gaan hun bewegingen van hoog naar laag. 

Natuurlijk kunnen we het meest opvallende van de herfst niet vergeten: herfstbladeren. Hier kun je super leuk mee dansen! Zoek ze zelf buiten of gebruik vloeipapier in kleuren van herfstbladeren. Laat leerlingen met hun herfstblad dansen. Je kan je blad vasthouden en ermee zwieren door de zaal. Hoog, laag en in het rond. Je kan je blad ook loslaten en hem laten dwarrelen. Vang hem op met je hand of misschien wel met een ander lichaamsdeel. Je kunt er ook voor kiezen leerlingen naar de overkant van de zaal te laten dansen met hun herfstblad. Ze moeten proberen het blaadje zoveel mogelijk in de lucht te houden. Dat is moeilijker dan je denkt. 

Dans maken

Alle oefeningen die ik genoemd heb zijn ook een perfect uitgangspunt om dans mee te maken. Een combinatie van oefeningen kan natuurlijk ook. Hierbij een leuk voorbeeld: 

Stap 1: Maak twee bewegingen die te maken hebben met de wind
Stap 2: Maak een beweging die te maken heeft met een spinnetje
Stap 3: Maak drie bewegingen die te maken hebben met een pompoen

Plak deze bewegingen aan elkaar vast. Voila! Je hebt een stukje dans gemaakt. Hierin kun je qua aantallen en thema’s natuurlijk eindeloos variëren. 

Het herfstblaadje is ook een perfect uitgangspunt om een dans mee te maken. Laat de leerlingen bijvoorbeeld vier bewegingen verzinnen met herfstbladeren en laat ze dit goed oefenen. Laat de kinderen die aan elkaar presenteren. Haal vervolgens de herfstblaadjes weg en laat ze de dans nog een keer doen. Hoe ziet de dans er nu uit? Vraag de leerlingen wat ze vinden van de dans zonder blaadje. Je kunt de leerlingen heel goed uitleggen dat ze nu dans hebben gemaakt met bewegingen waar ze normaal gesproken zelf niet zo snel op waren gekomen. En laat dat nou precies het doel van deze les! 

Het creatieve leerproces

In alle oefeningen uit dit artikel zijn de leerlingen creatief bezig geweest met het thema herfst. We hebben onderdelen van die herfst gebruikt als ingang om creativiteit op gang te brengen. De kinderen hebben kunnen oriënteren, onderzoeken en uitvoeren, maar evalueren is óók onderdeel van dat creatieve leerproces (LKCA, 2019). Leg tijdens de oefeningen de muziek eens stil en laat leerlingen naar elkaar kijken en stel ze vragen. Natuurlijk kun je dit met elk thema doen! 

Bijvoorbeeld de ene helft van de groep naar de andere helft. Of misschien kies je één leerlingen uit die doorgaat met de oefening terwijl de rest kijkt Kinderen kunnen op die manier heel veel van elkaar leren. Na de oefeningen zou ik je aanraden om met de leerlingen te reflecteren. Om interessante antwoorden te krijgen, kun je bijvoorbeeld onderstaande vragen stellen.

  • Bij welke opdracht kon je het makkelijkste/moeilijkste bewegingen verzinnen?

  • Welke leerling is jou het meest opgevallen tijdens het kijken? Waarom?

  • Wat vonden jullie de spannendste manier om ….. (over de lijn te dansen/ de pompoen te tillen/  etc.) 

  • Wie kan er een beweging laten zien die je voor vandaag nooit eerder hebt gedaan?

  • Wie kan er een beweging laten zien die je bij een ander hebt gezien en je heel mooi vindt?

Bovenstaande vragen zijn erop gericht kinderen wat dieper na te laten denken over de opdrachten. De vragen zijn open, maar bieden wel een kader. Leerlingen zijn dus vrij om verschillende antwoorden te geven, maar worden wel geholpen doordat de vraag niet te breed is. Dat werkt in mijn ervaring het beste. Het maken van een beweging is voor sommige kinderen makkelijker dan een antwoord in woorden te formuleren. Laat hen dan die beweging maken! Soms komen leerlingen vanuit die beweging alsnog op woorden. 

Uit deze vragen kun je opmaken welke oefeningen de leerlingen het meeste zijn bijgebleven. Welke oefeningen werkte voor jouw groep het best? Welke oefening kan je nog beter oefenen of juist verder gaan uitbouwen? Met de antwoorden op deze vragen kun je de volgende les of bij je volgende thema weer verder gaan. 

Voor nu is deze les over de herfst een super leuk thema om mee aan de slag te gaan. Pak gauw je kans, want de winter staat stilletjes aan al om de hoek!


MUZIEK & LESMATERIAAL - KINDEREN

Als dansdocent ben je veel tijd kwijt met voorbereiding. Uren die niet betaald worden. Vooral muziek zoeken voor een nieuwe les is een hels karwij. Wie kent er nog een leuk liedje over de winter? Of over vlinders? Leeuwen? Bijen? En welke oefening doen we daar bij? Help! Onze redacteur Muziek & Lesmateriaal schrijft artikelen met oefeningen en lesplannen voor danslessen voor kinderen. Deze worden vergezeld van muzieksuggesties, zodat jullie nooit meer lang hoeven te zoeken naar een geschikt muzieknummer!

Rimke Groot.png

Rimke Saan

Rimke Saan is redacteur Muziek & Lesmateriaal voor kinderen. In 2019 studeerde ze af aan de opleiding Docent Dans bij ArtEZ in Arnhem. Rimke geeft all-round lessen op verschillende dansscholen aan verschillende doelgroepen. Verder werkt ze als dansdocent op de middelbare school en doet zij vaak projecten in het basisonderwijs. Voor Dansdocent.nu schrijft ze inspirerende lesplannen voor kinderen, met didactische tips en muzieksuggesties! Hiervoor was Rimke redacteur Young Dance Professional 2019/2020 en schreef ze persoonlijke verhalen over de perikelen van een leven als beginnend dansdocent.