Spiegels in de dansstudio: hulpmiddel, reflectiemiddel én… saboteur!

Foto: Getty Images.

GEZONDHEID & ANATOMIE | Alles heeft zijn voordelen en zijn nadelen. Zo ook de spiegels in je dansstudio! En de nadelen gaan vrij ver: van het afbreken van het zelfbeeld van je leerlingen (en jezelf) tot het saboteren van de danstechnische voortgang. Toch wordt het onderwerp vermeden. We houden teveel van de spiegels. Dit artikel zet daarom voor jou de voordelen én de nadelen duidelijk op een rijtje, zodat je op tijd de saboterende effecten kunt herkennen en aanpakken. 

Spiegeltje spiegeltje aan de wand... 

Ken je het mythologische verhaal van Narcissus? Kort samengevat: de knappe Narcissus werd zodanig verliefd op zijn eigen weerspiegeling in het water dat het hem fataal werd. In het ene verhaal verzuipt hij als hij zijn spiegelbeeld wil kussen, in het andere kwijnt hij van de ellende weg omdat zijn spiegelbeeld steeds verdwijnt zodra het wateroppervlak aangeraakt wordt. Lekker dramatisch allemaal! Ideaal verhaal voor een dansvoorstelling! Maar absoluut geen goed scenario voor een dansles… 

Toch zie ik af en toe leerlingen die last krijgen van hun ‘innerlijke Narcissus’. Zodra ze binnenkomen checken ze hun looks, tijdens het dansen staren ze non-stop naar hun spiegelbeeld, en als ik met ze praat blijven ze zichzelf met een half oog checken via de spiegel. Ik kan het ze niet kwalijk nemen, want de spiegels aan de muren in de dansstudio zijn de norm geworden voor de doorsnee dansstudio. Vooral bij dansstijlen waar ‘mooie lijnen’ en ‘perfecte posities’ belangrijk zijn en een ideaal wordt nagestreefd. Toch mogen we de impact van spiegels niet onderschatten, vooral in onze huidige maatschappij waar social media het ‘belonen’ van narcistisch gedrag stimuleert en beloont (Casale & Banchi, 2020; Halpern et al., 2016). 

Nu ik dit artikel schrijf moet ik ineens ook terugdenken aan mijn eigen dansopleiding. Ook ik had een favoriete plek aan de barre, toevallig bij ‘één van de spiegels waarin ik mezelf nét wat dunner en mooier vond’. We probeerden altijd ‘de goede spiegel’ te vinden. Ook herinner ik me de angst die ik voelde wanneer de gordijnen voor de spiegels gingen. Erover praten deed ik echter niet, want het was een behoorlijke confrontatie met mijn zelftwijfel als danser. Zelfs nu als docent betrap ik mezelf er nog steeds op dat ik, zodra ik de studio binnenkom, toch nog even snel check hoe ik eruit zie. Of dat ik tijdens het voortonen meer met mezelf bezig ben dan met mijn leerlingen. Eigenlijk niet echt het goede voorbeeld. 

Hoog tijd dus om dit taboe te doorbreken en actie te ondernemen! Want niet alleen hebben de spiegels in de dansstudio invloed op je zelfbeeld, door het saboteren van de kinesthetische ontwikkeling kunnen spiegels het cruciale element zijn waardoor je leerlingen net wél of net níet hun volle potentieel bereiken als danser. En geef toe, alle docenten willen toch het maximale uit hun leerlingen halen? Lees verder, want we hebben voor jou alle voor- en nadelen van spiegels in de dansstudio op een rijtje gezet - mét de nodige wetenschappelijke ondersteuning! 

Voor- en nadelen van spiegels

Docenten hebben ieder hun eigen visie op de voor- en nadelen van de spiegels. Ook de dansliteratuur gaat qua mening over het spiegelgebruik eigenlijk alle kanten op. Ideaal materiaal dus als je zin hebt in een eindeloze discussie! Dit zou als volgt kunnen gaan: 

A: Wauw, wat een mooie spiegels in deze danszaal! 

B: Ja hé, toch ben ik blij dat die gordijnen ervoor kunnen hoor. Af en toe is het echt nodig. 

A: Echt? Waarom? Uit onderzoek blijkt dat leerlingen een dansfrase makkelijker kunnen onthouden als je het aanleert mét de spiegel (Dearborn & Ross, 2006). 

B: Ja klopt, dat onderzoek ken ik, maar ik geef balletles. En bij ballet zien onderzoekers eigenlijk geen voordelen van spiegels bij het aanleren. Onder andere adagio’s gaan duidelijk beter als ze zonder spiegel worden aangeleerd. Eigenlijk waarschuwen dansonderzoekers zoals Radell, Adame, Cole, Mandradjieff en Blumenkehl juist dat spiegels in het algemeen niet bijdragen aan een betere performance… (Radell & Adame, 2003; Radell et al., 2004).

A: Nou, wat ballet betreft: Kimmerle en Côté-Laurence (2003) beweren juist dat de spiegel voor ballet heel waardevol is. Echt een ‘assistent’, vooral voor beginnende dansers. Hun enige waarschuwing is dat je moet opletten dat het niet tot het punt komt dat de dansers geen kinesthetisch bewustzijn meer ontwikkelen. Je wilt dat ze zich nog steeds bewust blijven van hun lichaamssensaties. 

B: Echt?! Warren (1989) die het boek Classical Ballet Technique geschreven heeft, dat we op de dansacademie gebruikt hebben, zegt juist het tegenovergestelde! Haar persoonlijke advies is om de spiegel pas in te zetten bij gevorderde leerlingen, niet bij beginnende! Ze vindt dat beginnende leerlingen nieuwe bewegingen ‘voelend’ moeten leren, en niet ‘visueel’. Ze zegt dat ze anders te weinig gebruik maken van hun muscle memory. 

A: Pf, ja, wat is het nu? Wel goed, niet goed, soms goed? Zelf vind ik de spiegels fijn, maar ik zie wel dat sommige dansers soms afgeleid raken door de spiegel. Bijvoorbeeld als het dansmateriaal iets te gemakkelijk is. En ik heb ook ooit gelezen dat spiegels bij dansers met minder dan tien jaar danservaring het leerproces daardoor kunnen vertragen (Dearborn et al., 2006). 

B: Rory Foster (2010) vermeldt dat van die ‘afleiding’ inderdaad ook in haar boek Ballet Pedagogy. Ze raadt zelfs aan om de spiegels helemaal niet aan het front te installeren. Zij laat de leerlingen met de zij of de rug naar de spiegel staan, en gebruikt spiegels alleen voor correcties. Gevorderde leerlingen laat ze wel met het front naar een spiegel staan, omdat die volgens haar minder snel afgeleid raken. 

A: Ja, als je hun zelfbeeld wil beschermen zijn spiegels inderdaad soms heel erg vervelend. Zelfs voor gevorderde dansers. Want ze raken misschien minder snel afgeleid, maar onderzoek toont aan dat zowat álle leerlingen zich slechter in hun vel kunnen gaan voelen door de spiegels. 

B: Waar heb je dat nou weer gelezen? 

A: Nou, in de samenvatting van IADMS (2019) las ik dat het lichaamsbeeld van zowel beginners als gevorderde ballet leerlingen een risico loopt als ze les krijgen met een spiegel. Het is blijkbaar echt een ‘zorgenpuntje’ volgens meerdere onderzoekers.

B: Ja, kijk, daarom geef ik dus moderne dans en geen ballet! 

A: Helaas pindakaas. Recent onderzoek met beginnende moderne leerlingen en ballet leerlingen toont precies hetzelfde (Radell et al., 2020). Dus de wetenschappers suggereren nu dat dit effect zelfs stijlen overstijgt en helemaal niet stijlgebonden is, maar ze moeten dit nog verder onderzoeken. 

B: Dat doet me zelfs ook erg denken aan een citaat dat ik onlangs gelezen heb in Dance Magazine (Nicholls, 2021). Daarin stond dat de negatieve effecten van spiegels doorsijpelen in de rest van je leven. Leerlingen nemen het mee buiten de studio. En weet je, zelfs ik betrap mezelf er soms op dat ik in alles wat spiegelt mezelf zit te checken en te beoordelen.

A: Hm… Ja, dat herken ik inderdaad. Gordijnen voor de spiegels zijn inderdaad misschien toch geen overbodige luxe..  

Dus, is de spiegel nu nuttig of nadelig? En wat moeten we met die informatie? Hoe graag we ook een sluitend antwoord willen, het is niet zwart-wit. Danswetenschappers trekken wel steeds harder aan de bel dat de nadelige gevolgen een grotere impact hebben dan we eigenlijk willen toegeven. 

De coronacrisis heeft dit taboe onderwerp gelukkig weer mooi opengebroken, want buiten op het grasveld zijn geen spiegels. Buiten dansen heeft zo dansdocenten en hun leerlingen de kans gegeven om weer eens te ervaren hoe dat is, dansen zonder spiegels. Daar ben ik blij mee, want we stellen het gebruik van spiegels eigenlijk niet voldoende in vraag. 

Joepie, spiegels!  

Het hebben van spiegels in de dansstudio heeft drie grote voordelen. Allereerst helpt het jou als docent tijdens het aanleren van je oefeningen en choreografieën. Je kunt namelijk gewoon met je rug naar de leerlingen toe staan en dus hetzelfde front als je leerlingen aanhouden. Zo hoef je de bewegingen niet te spiegelen en hoeven je leerlingen jouw voorbeeld ook niet te ontcijferen. Je doet het materiaal exact op de manier dat de leerlingen het moeten uitvoeren! Dit maakt het lesgeven een stuk efficiënter, sneller, en minder vermoeiend voor de focus en concentratie (IADMS, 2019). 

Ten tweede kun je dankzij de spiegel iedereen in één oogopslag zien. Dat zorgt er enerzijds voor dat de docent een beter overzicht kan houden en anderzijds dat de leerlingen elkaar ook kunnen zien. Dansers kunnen zo gemakkelijk werken aan hun synchroniciteit en formaties zonder rond te hoeven kijken. 

Ten derde geven spiegels een zeer ‘snelle, directe visuele feedback’ (Simmel, 2013). Zo stellen ze leerlingen in staat om zelfstandig hun lichaamshouding, hun alignment, en hun posities te corrigeren en aan te passen. Daarbij kunnen ze nagaan of hun innerlijke perceptie van de beweging ook écht overeenkomt met wat uiterlijk zichtbaar is. 

Oh nee… spiegels… 

Wat is de prijs die je betaalt voor deze voordelen? Wat offer je op door veel gebruik te maken van de spiegels? In het algemeen vallen de nadelen voor de docent enorm mee. Vaak wordt je dansmateriaal iets te ‘frontaal gericht’ als je gefocust bent op de spiegel. Dit kun je oplossen door zelf meer te spelen met richtingen terwijl je oefeningen of een choreografie creëert, of door de leerlingen een maakopdracht te geven om meer richtingen toe te voegen aan een choreografie die jij frontaal georiënteerd gemaakt hebt. 

Maar dan… wat zijn de nadelen voor de leerlingen? En hoe vermijden we die zoveel mogelijk? Prepare to be overwhelmed, want het is een hele waslijst! 

Allereerst vormt het gebruik van de spiegels vaak een probleem voor de ontwikkeling van de proprioceptie. Proprioceptie is het ‘gevoelsmatige bewustzijn van waar je lichaam is en wat het doet’ (IADMS, 2019). Dit wordt ook wel het kinesthetisch bewustzijn genoemd, zoals ik hierboven deed. Dit voelen van het lichaam is subtiel en heeft tijd nodig om te ontwikkelen. Een visueel beeld via onze ogen is veel sneller, directer en krachtiger dan de proprioceptie, en kan ons in een milliseconde bijzonder veel informatie verschaffen. Doordat onze maatschappij visuele prikkels ook stimuleert en belangrijk maakt, domineert het boven onze andere zintuigen (Hutmacher, 2019). Als je je hersenen onbewust laat kiezen, zal het visuele beeld doorgaans altijd overpowering zijn. Dit gaat ten koste van het ontwikkelen van de proprioceptie, je innerlijke ‘oog’, dat informatie haalt uit zintuigcellen in onder andere spieren en pezen. 

Een leerling kan zo verstrengeld raken in de negatieve danser-spiegel feedback loop (dancer-mirror feedback loop) (IADMS, 2019). De loop start wanneer een danser zichzelf corrigeert en meteen de spiegel hiervoor gebruikt. De danser zal aan de hand van visuele feedback een correctie toepassen en daarna pas proberen om kinesthetisch even de gecorrigeerde positie te voelen (en dus de proprioceptie te ontwikkelen). Maar deze gevoelssensatie duurt niet lang genoeg om in het lichaam achter te blijven. Als de danser de correctie later fysiek probeert te reproduceren kan deze niet meer teruggevonden worden in het lichaam. De informatie van de correctie is verdwenen. Vooral bij beginnende dansers vindt deze feedback loop vaak plaats. Hierdoor krijgt hun proprioceptie niet de kans zich te ontwikkelen, wat hun technische vooruitgang sterk kan vertragen.  

Als je je proprioceptie niet ontwikkelt en gebruikt, is het ook moeilijker om je lichaam te leren vertrouwen (IADMS, 2019). Dansers die de spiegel gebruiken als een middel om hun bewegingen ‘goed te keuren’ vertrouwen teveel op die feedback. Zodra ze op het podium staan - zonder de vertrouwde spiegels - kan de twijfel toeslaan. Zal die moeilijke sprong wel lukken? Wat nu met die triple pirouette? Zoals Frédéric Despierre van Hofesh Shechter Company zegt in Dance Magazine (2021): “The mirror becomes a means of approval. They start focusing on whether they're doing things right or wrong instead of finding the pleasure of moving."

Een gebrek aan proprioceptische ontwikkeling zal ook zichtbaar worden in het leerproces van een leerling: de ontwikkeling stagneert. Je lichaam communiceert informatie (‘kinesthetische feedback’) en met je voelend vermogen pik je dit op en gebruik je dit om danstechnisch maximaal te ontwikkelen (IADMS, 2019). Veel somatische danslessen waarbij bijvoorbeeld Alexandertechnieken, Laban of Bartenieff Fundamentals gebruikt worden om te werken vanuit interne lichaamssensaties zijn hierop gericht. En terecht, want dansers die niet in verbinding staan met hun lichaam zullen stagneren in hun ontwikkeling en kunnen zo maar moeilijk de top bereiken. 

Bewegingsspecialist Eric Franklin (2014) windt er in zijn boek Dance Imagery for Technique and Performance dan ook geen doekjes om: “Permanent change will only take place if you integrate new patterns into your body image without the use of the mirror” omdat een visuele correctie nog niets verandert aan je neuromusculaire patronen. Pas als zo’n patroon verandert, heb je echt iets ‘geleerd’. Anders val je automatisch terug op je oude foutieve patroon, waarschuwt hij. 

Ook bestaat er zoiets als feedback dependency (afhankelijkheid van bepaalde feedback). Bij het gebruik van spiegels ben je afhankelijk van de ‘visuele feedback’. Meestal denken dansers dat ze na een tijdje de spiegel niet meer nodig zullen hebben. Helaas is dit een misvatting. Het klopt dat je lichaam tijdens het leerproces bepaalde cues steeds minder nodig heeft, maar dit is niet het geval wat deze visuele feedback betreft. De enige manier om deze minder nodig te hebben is door de bewegingen zonder de visuele feedback (lees: zonder spiegels) te oefenen. Erger nog: hoe langer je de beweging mét de visuele feedback - in dit geval de spiegels - oefent, hoe moeilijker het wordt om de bewegingen zonder de spiegels uit te voeren! Je wordt er dus te afhankelijk van (Krasnow & Wilmerding, 2015)! 

Daarnaast kunnen er ook kleinere problemen ontstaan: leerlingen die gedesoriënteerd raken zodra een choreografie niet naar de spiegel gericht is, de expressie die onderdrukt wordt omdat ze teveel gericht zijn op het uiterlijke plaatje, het verliezen van ‘flow’ zodra je in de spiegel kijkt, etc. Leerlingen kunnen zelfs zodanig gefixeerd zijn op hun spiegelbeeld, dat ze vergeten om rekening te houden met de omgeving en zo ongelukken creëren met blessures tot gevolg (IADMS, 2019; Simmel, 2013)!

De kritische staar die het zelfbeeld ondermijnt 

Naast problemen met de proprioceptie ontstaan er vaak ook problemen met het body image (lichaamsbeeld), waarmee we de ‘perceptie, gevoelens en gedachtes’ bedoelen die mensen zelf hebben over hun eigen lichaam. Spiegels verhogen het zelfbewustzijn, omdat je jezelf constant ziet en jezelf ook constant kan vergelijken met anderen. Er zijn twee factoren die dit op een negatieve manier in de hand werken: het lichaamsbeeld is niet objectief maar buigt mee met het zelfvertrouwen, en de reflectie van de spiegels is niet accuraat maar vervormd. Als een leerling daarbij extra kritisch wordt door bijvoorbeeld perfectionistische karaktereigenschappen of doordat deze leerling van de docent voornamelijk strenge correcties krijgt en geen complimenten, kan dit een negatieve spiraal van zelfkritiek op gang brengen (IADMS, 2019). En ongewenste hoeveelheden van zelfbewustzijn en zelfkritiek kunnen de technische en dansante groei van leerlingen volledig blokkeren! 

The dancer’s perceived ‘ominous’ (dreigend, red.) presence in the mirror results in physical self-evaluation, behavior regulation, body objectification, and competition. Repeated often enough, the experience can be dehumanizing.
— (IADMS, 2019)

Vooral leerlingen die ambitieus zijn lopen het risico hun lichaam te objectificeren via de spiegel, negatieve gedachten te creëren over hun prestaties, en ze kunnen zelfs negatieve competitiviteit ontwikkelen (Simmel, 2013). En hoe meer danservaring, hoe erger. Waarschijnlijk komt dit doordat je kritischer wordt naarmate je meer weet van dans, en dus de ‘fouten’ beter kunt zien (Krasnow & Wilmerding, 2015). Het is dan ook geen verrassing dat onderzoek met gevorderde dansers altijd aantoont dat deze dansers een positiever lichaamsbeeld hebben als ze zonder spiegels les krijgen (IADMS, 2019; Radell et al., 2004; Radell et al., 2011; Radell et al., 2020).

Kick af van de spiegelverslaving 

Denk eens na over je eigen interactie met de spiegel doorheen de jaren en bekijk daarna ook die van je leerlingen. Zie je de voordelen en/of nadelen terug in jezelf of je leerlingen? Iedereen heeft een individuele relatie met de spiegel en voor de één is deze relatie gunstiger dan voor de ander. 

Zoals je in dit artikel hebt kunnen lezen, is het werken met een spiegel voor niemand echt ‘ideaal’. Het biedt voordelen, maar eigenlijk is het een soort ‘toxische co-dependency relatie’. Je hangt aan elkaar vast, je hebt elkaar nodig, maar echt gelukkig wordt niemand ervan. Een soort liefdesverslaving eigenlijk. Als je er niet van tijd tot tijd bij stil staat maken de nadelige gevolgen van de spiegel zich langzaamaan meester van jou en je leerlingen. Met name de proprioceptie en het zelfbeeld krijgen klappen te verduren. 

Moeten we daarom scheiden van de spiegels? Neen. Eerder af en toe gewoon wat ‘relatietherapie’ volgen om duidelijke grenzen te stellen en onze leerlingen zo op te voeden hetzelfde te doen. In het volgende artikel (coming soon) delen we alle adviezen waarmee je jouw leerlingen kunt helpen om die grenzen voor zinvol spiegelgebruik duidelijk te trekken in je lespraktijk. Maar voordat je die leest: eerst alvast even lekker gordijnen shoppen voor je studio! :)  

By viewing the mirror as a tool for your independence, your relationship with it can become more professional, less personal.
— Kathleen McGuire in Dance Magazine, 2014

Heb je vragen over dit artikel, of zit je met een andere probleem waar je onze hulp bij kunt gebruiken? Stuur je vraag dan door via het contactformulier en wie weet lees je het antwoord in een volgend artikel! 

Bronnen


GEZONDHEID & ANATOMIE

Er wordt steeds meer (sport-)wetenschappelijk onderzoek gedaan binnen de dans. Helaas vinden deze inzichten vaak niet direct de weg naar de praktijk. Dat is zonde! In de rubriek Gezondheid & Anatomie worden wetenschappelijke bevindingen daarom vertaald naar praktische tips die jij als dansdocent kunt toepassen binnen je lessen. Ontdek hoe je de dansprestaties van je leerlingen kunt verbeteren en hoe je blessures kunt voorkomen.

Evelien Maes

Evelien Maes is redacteur Gezondheid & Anatomie. Ze studeerde Docent Dans bij Fontys Tilburg. In 2017 behaalde ze daarnaast de master Dance Science bij Trinity Laban in Londen. Momenteel werkt ze als dansdocent in Vlaanderen (DKO en dansscholen) en danst ze freelance bij diverse projecten. Ze houdt ervan om kritisch naar dans en het docentschap te kijken. Voor dansdocent.nu schrijft ze wetenschappelijk onderbouwde artikelen met praktische tips, zodat dansdocenten efficiënter en veiliger les kunnen geven.