In de spotlight: hiphop legende Andrey 'Drosha' Grekhov

Andrey 'Drosha' Grekhov.

INTERVIEW | Andrey Grekhov (42 jaar) is een legende in de hiphop scene in Nederland, waar hij bekend staat als ‘Drosha’. Nadat hij in 2012 wereldkampioen experimental hiphop werd, heeft hij tien jaar lesgegeven bij verschillende dansopleidingen. Nu focust hij zich op het professionaliseren van de urban scene. Dat doet hij vanuit Eindhoven, als artistiek leider van Sample Culture en EMOVES. Drosha is tevens de oprichter van de Open Your Mind battles en de Urban Dansdagen. Be inspired!  

Je was genomineerd voor de Eindhovense Cultuurprijs. Wat betekent dat voor jou? 

Oprecht? Niet veel. Het is wel balen dat ik niet gewonnen heb, natuurlijk, maar ik had eigenlijk ook niet verwacht genomineerd te worden. Dus ik vind het niet zo erg. Ik denk dat de commissie leden ook niet helemaal snappen wat ik doe en dat is dan ook prima. 

Ik heb al genoeg wedstrijden gewonnen in mijn leven als danser. Zoals het Juste Debout wereldkampioenschap in 2012 in Parijs, de dans prijs van het Prins Bernhard Cultuurfonds in 2013, World of Dance in 2017 en nog talloze andere awards. Ik zou wel graag ooit nog zo'n Gouden Zwaan willen winnen. Net zoals mijn ‘grote broer’ Lloyd Marengo afgelopen oktober. Dat zou ik graag willen als erkenning voor mijn bijdrage aan de hiphop scene in Nederland. 

Voor welke organisaties werk je nu?

Ik ben actief als artistiek leider van Stichting Sample Culture in Eindhoven. Daar ben ik vooral bezig met het organiseren van de Urban Dansdagen en Open Your Mind. Oftewel, het stimuleren van de ontwikkeling van urban dans in Nederland, door middel van battles en debatten. Daarnaast ben ik artistiek coördinator van de Eindhovense BIS-instelling EMOVES (BIS staat voor Basis Infrastructuur. Dat zijn culturele instellingen die direct gesubsidieerd worden door de overheid en niet via tussenkomst van een fonds, red.) Daar is mijn taak veel breder. Namelijk de hele breedte van urban culture en sports bedienen. Dus daar draait het niet alleen om dans, maar ook om graffiti, muziek, sports, etc.

Tot voor kort gaf ik nog veel danslessen op dansopleidingen. Dat heb ik tien jaar lang gedaan, eigenlijk vanaf het moment dat ik Juste Debout won. Toen werd ik ineens overal gevraagd. Ik heb vooral lesgegeven aan aan de dansopleidingen van Fontys in Tilburg, de Academie voor Theater en Dans in Amsterdam, en Creative College in Utrecht. En ik heb ook een aantal trajecten gedaan aan de mbo dansopleiding Rijn Ijssel in Arnhem. 

Nu dat ik de twee jobs heb, geef ik nagenoeg geen lessen meer. Daar heb ik het nu gewoon echt te druk voor! Wat ik wel nog veel doe is één op één coaching voor jonge makers en cultuur ondernemers. Dat is veel meer vanuit mijn huidige functies. Dus het docentschap en mentorschap zit diep in mijn natuur en dat ga ik niet zomaar verliezen.

Wat is Open Your Mind? 

Open Your Mind (OYM) is een experimental dance festival in Eindhoven. Een soort artistieke battle met feesten en theateravonden. Het begon ooit als een klein experiment in Moskou met nog geen honderd bezoekers en deelnemers, maar is uitgegroeid tot wereldformaat. Op 27, 28 en 29 april 2023 is het weer raak in Parktheater Eindhoven. Wat ooit in een kelder was, staat nu op het grote podium.

De essentie is dat alle dansstijlen welkom zijn in zo'n battle. Wij doen meer dan tegenstanders tegenover elkaar laten dansen. Wij dagen deelnemers uit met improvisatie opdrachten, waarbij de dansers van alles moeten voorbereiden of juist ter plekke improviseren. OYM is daardoor heel goed voor theaterdansers die een battle willen meemaken, en voor battle dansers die het theater en performance willen omarmen. Wij zijn ook een thuishaven geworden voor de vreemde vogels en misfits (experimental dansers). En dat is heel tof!  

Kijktip: De gehele OYM Invitation battle van 2021 is terug te kijken via New Dance TV, met onder andere Ali Zanad, Simon Bus en Roy Overdijk.

Waar heb jij jouw eerste danspassen gezet?  

Ik ben als kind met dansen begonnen in de verre Rostov aan de Don, toen nog in de Sovjet Unie. Mijn moeder had toegang tot ‘piraten tapes’. Dat waren videobanden met in het Westen opgenomen tv-programma’s van MTV en Box. Die zenders waren toen nog volledig op videoclips gericht. De televisie in de Sovjet Unie was in die tijd natuurlijk compleet afgeschermd van westerse invloeden, maar thuis zag ik dankzij die illegale tapes toch beelden van dans. Met name Michael Jackson deed mij veel. Dan stond ik hem in de woonkamer te kopiëren.

Later viel de Sovjet Unie uit elkaar en kwamen er veel meer westerse invloeden. Toen ging ik samen met vriendjes op straat oefenen. Het was een heftige tijd in Rusland, maar voor ons als mannekes van 10 à 12 jaar was het geweldig! Wij ontdekten hiphop muziek en daarmee ook hiphop dans. In 1994 verhuisden we naar Nederland en in 1997 begon ik serieus met breaken nadat een videoclip van Run DMC had gezien: ‘It’s like that’. Dat was voor het eerst dat ik echte breaking en popping zag. Toen ben ik ook in aanraking gekomen met de Eindhovense hiphop scene. And the rest is history…

Waar werkte je aan met jouw leerlingen en studenten? 

Toen ik in 2012 bij de hbo dansopleidingen binnenkwam gaf ik danslessen die gericht waren op de academische dansers. Ik leerde hen freestylen en improviseren, en had daar slim allerlei hiphop technieken geïnjecteerd. Bij de mbo's heb ik juist de hiphop kids geholpen met improvisaties in theatrale context. Want battlen kunnen ze wel, maar hoe houd je een dramaturgische lijn langer dan één minuut vol? Uiteindelijk heb ik tijdens de coronacrisis veel studenten één op één begeleid bij AHK en DOX. Dat was vooral mental coaching en soort van loopbaanbegeleiding. Dan werkte ik met hen aan hun mentale weerbaarheid. 

Wat ik vooral belangrijk vindt is het each one teach one principe. Alles wat ik heb geleerd wil ik graag doorgeven. Dat is mijn roeping en mijn plicht. Ik weet alleen dat ik het meeste kan betekenen vanuit de praktijk. Daarom heb ik ooit bewust gekozen om geen dansdocent of vaste docent te worden op academies, of een eigen dansschool te beginnen. Mijn docentschap evolueert met de kennis die ik in praktijk leer. Dus de mensen die ik nu begeleid zijn talenten met grotere ambities, nieuwe makers die ook een eigen stichting willen of organisatoren die graag nieuwe events willen opzetten. 

Ik vind het namelijk belangrijk dat ‘onze’ mensen toegang krijgen tot kennis die meestal achter slot en grendel zit. Ooit was ik een van de eersten die in mijn regio ‘breakdance’ lessen kon geven, nu zijn er tientallen docenten. Toen was ik een van de weinigen die op academies vanuit de urban disciplines experimentele lessen gaf, nu is dit bijna overal de norm. Dus ik ga weer verder waar kennis schaars is. Er zijn zat informatieloketten en allerlei dure talenten hubs, maar de kennis over subsidies, artistieke ontwikkeling en positionering is zeldzaam. Dus hier ben ik nu het meeste nodig!  

Hoe ziet jouw methodiek eruit?  

Ik heb al vroeg als dansdocent begrepen dat je soms door de juiste uitdaging iemand beter kan helpen dan door passen voor de spiegel voor te doen. Mijn doel was altijd iemand inspireren en leren diens eigen stijl en stappen te maken. Daarvoor moet je van het ‘correcte’ af. Dus fouten leren maken en die fouten vieren als innovatie. Dat betekende ook vaak tegen het systeemdenken van de leerlingen ingaan. Heel veel dansstudenten willen het goed doen, dus ook ‘juist’ doen. Maar wat is nou juist? Dat heeft iemand anders ook maar verzonnen! 

Ik heb allerlei manieren gevonden om dat systeemdenken te doorbreken in de theaterwereld. Improvisatie opdrachten zijn een mooi voorbeeld van spelen met ideeën. Bijvoorbeeld: ‘Doe alsof je een boom bent’. Maar dan doe ik het methodisch. Ik vraag eerst een danser om een klein bos in de lucht te tekenen. Dan moet je dus met je vinger steeds lijnen maken en zo begin ik met het principe waving uit te leggen. Tegen de tijd dat de les klaar is kan iemand het hele oerwoud uitbeelden. Maar spelen kan ook zijn dat je de ruimte in drie of vier zones verdeelt en vraagt dat er in elke zone iets anders gebeurt. Dan vraag ik de leerling om gewoon door die zones te lopen en de opdrachten uit te voeren. 

Er zijn er stiekem heel veel van dit soort spelletjes. Ze laten bewegers meteen eigenaar worden van hun stijl. Dat snappen veel studenten eerst niet, maar ze voelen het wel. Zodra ze creatief worden en hun lichaam het verhaal vertelt, leren ze ook techniek. Het moet wel geleidelijk gaan en met veel herhalingen, anders werkt het niet. En je kan de spellen steeds moeilijker maken. Zoals: ‘Hoe dans je iemand die verlangt naar hun eerste liefde?’ Of: ‘Hoe beweegt een schaduw die haar eigen lijf heeft verloren?’. Dan begint de echte magie en kun je diep gaan in het beleven van de stijl, en niet alleen uitbeelden.  

Welk advies wil je meegeven aan andere dansdocenten? 

Onderschat nooit hoeveel impact een ‘leraar’ heeft in het leven van studenten. Of je een dansles geeft of choreografie aanleert, een uur of jaren achter elkaar, maakt niet uit. Wees voorzichtig met het geven van levensadvies of andere coachende dingen! Zuig het niet uit je duim, maar versterk dat met kennis. Studenten van elke leeftijd en niveau hebben heel veel aan je als je niet alleen wat uit ervaring doet maar het ook echt kan onderbouwen. Plus je waarde als docent stijgt enorm!

Waarom heb jij geen problemen met de term ‘urban’? 

Ik wil vooropstellen dat ik wél problemen heb met de term, hahaha. Ooit was ik deel van het hele debat over urban toen het nog pril was. Dat heb ik over zo'n 10 à 12 jaar geleden. Ik was fel tegen de term, maar ben met de tijd het gaan ‘laden’ met positievere associaties - en gelukkig ben ik er niet alleen in. Het is een complexe discussie waarin veel partijen en ideologieën en geschiedenissen een rol spelen. Maar wat belangrijk is dat de buitenstaanders de term correct gebruiken, en dat gebeurt vaak niet. 

Urban is een parapluterm en géén dansstijl of cultuur. Dat landt maar lastig. Dat betekent dat er dus niet zoiets bestaat als de ’urban danser’. Ook hoor ik niet bij een mega ‘urban community’, die bestaat ook niet. Urban is een effectieve term als ik de hele verzameling aan dansstijlen en kunstuitingen wil benoemen, want ‘hiphop’ als paraplu sluit teveel communities uit. Maar urban is dus NIET één homogene cultuur. Het is juist enorm versplinterd in subculturen met ieder hun eigen helden, eigen normen en waarden, en eigen identiteit. Dus iemand die Vogue danst is echt niet hetzelfde als iemand die breakt.

Wat zijn jouw ambities? 

Momenteel ben ik bezig met grote vraagstukken rondom onze cultuur. De Urban Dansdagen moet zich de komende jaren nog ontwikkelen tot een plek waar alle uitingen van onze subculturen welkom zijn. En tot dé plek waar belangen van de cultuur worden behartigd en de nieuwste trends gespot worden. Wij willen daarom ook af van de ‘Urban Dansdagen’ als titel - grappig is dit hè? - maar weten zelf nog niet hoe.  

De grote vraagstukken zijn het institutionaliseren van onze cultuur, de upward mobility van de kunstenaars, en de socio-economische weerbaarheid van de kunstvorm. Ik weet het, het zijn allemaal vervelende termen, maar het is noodzakelijk dat iemand de verantwoordelijkheid neemt om juist op dát niveau te acteren. Mensen vergeten soms dat voordat Nederlands Dans Theater of Het Nationale Ballet er was, die dansers hard hebben gevochten voor hun kunst. Dat vind ik inspirerend! Ik wil mijn scene helpen om dezelfde emancipatorische beweging op te zetten, maar dan hopelijk zonder de fouten van de voorgangers. 

Er is veel werk aan de winkel. Urban Culture en Sports zijn ontzettend een trend, maar niet iedereen profiteert ervan! Er is niet alleen een tekort aan kennis en inzicht, maar wij zelf zijn te versplinterd als cultuur en kunnen vaak geen samenwerkingen opzetten. Er is daarom nog een inhaalslag nodig voor ons als community voordat wij kunnen zeggen ‘Kijk nu is het stevig ingebed in de Nederlandse infrastructuur’. Zoals ik het nu zie, als alles zo snel gaat als nu, zijn we binnen acht tot twaalf jaar daar. Dat is het streven in ieder geval!

Wist je dat er geen subsidies zijn voor vakbladen? Steun Dansdocent.nu door vriend te worden. Dat kan al vanaf €1 per maand!


IN DE SPOTLIGHT

Dansdocent ben je omdat het je passie is, maar wat meer respect en erkenning zou ook fijn zijn. Toch? Daarom interviewen wij regelmatig leden van Dansdocent.nu om hen in de schijnwerpers te zetten en de aandacht te geven die zij verdienen. We vragen hen waarom ze dansdocent zijn geworden, hoe ze het ervaren en wat ze nog zouden willen meemaken. Ook interviewen we regelmatig vooraanstaande en populaire dansdocenten. Laat je inspireren door deze mooie mensen!

Jacqueline de Kuijper

Jacqueline de Kuijper is de oprichter en hoofdredacteur van Dansdocent.nu en Dansers.nu. Naast het aansturen van de andere redacteuren, is ze verantwoordelijk voor de internationale nieuwsredactie. Voorheen schreef ze als webredacteur en recensent voor Dans Magazine, en als dansjournalist voor Cultuurpers. Haar scherpe pen en onderzoekende geest zet ze sinds 2019 in om dansdocenten te inspireren. En nu, sinds oktober 2022, voor dansers en makers in Nederland en Vlaanderen. Jacqueline heeft een master in Dance Studies van Mills College in Californië. En een bachelor Liberal Arts & Sciences van University College Utrecht. Verder is ze gecertificeerd als pilatesdocent.